De koffie wordt na het zetten warm gehouden. Het apparaat wordt 35 minuten na
het koffiezetten automatisch uitgeschakeld.
7.1. Timerfunctie gebruiken
U kunt de zettijd van de koffie met behulp van de timerfunctie instellen.
Voordat u de timerfunctie kunt gebruiken, moet de tijd zijn ingesteld.
Bereid het koffiezetapparaat voor zoals hierboven beschreven en doe er ook al-
vast gemalen koffie in, maar begin nog niet met zetten.
Druk twee keer op de toets
nen in te stellen.
Op het display wordt TIMER weergegeven.
Met behulp van de draaiknop stelt u de tijd in van 0:00 tot 23:59.
De uuraanduiding knippert. Stel met de draaiknop het uur in. Als er 3 seconden
lang niet op een toets wordt gedrukt, wordt het uur opgeslagen.
De minutenaanduiding knippert. Stel met de draaiknop de minuten in. Bevestig
uw invoer door de toets
Als er 5 seconden lang niet op een toets wordt gedrukt, wordt de tijd waarop
het koffiezetten moet beginnen ingesteld.
Het koffiezetapparaat begint op de ingestelde tijd met koffiezetten.
Druk opnieuw op de toets
7.2. Koffi esterkte instellen
Als u van sterkere koffie houdt, kunt u de koffieconcentratie verhogen.
Houd de toets
stellen.
Op het display wordt
Houd de toets
te schakelen.
om de tijd waarop het koffiezetten moet begin-
in te drukken. Het controlelampje licht blauw op.
om de ingestelde tijd weer te wissen.
circa 3 seconden ingedrukt om de koffieconcentratie in te
weergegeven.
opnieuw circa 3 seconden ingedrukt om de functie weer uit
DE
FR
NL
ES
IT
59