nl
NEDERLANDS
Attentie!
De vlotterschakelaarkabel kan worden
beschadigd. Trek nooit aan de vlotter-
schakelaarkabel om de positie in de kabel-
houder te veranderen!
4.3
Opstelinstructies
Voor een probleemloze werking van de
vlotterschakelaar moet deze zich vrij kun-
nen bewegen!
Benodigde ruimte DP 18-5 SA, DP 28-10 S
Inox: ca. 60 cm x 60 cm
Benodigde ruimte SP 24-46 SG, SP 28-50
S Inox: ca. 70 cm x 70 cm.
De in de Technische gegevens vermelde
bedrijfsdiepte mag niet worden overschre-
den, het apparaat mag niet dieper in het
water worden gedompeld.
Plaats de pomp zo dat de aanzuigopenin-
gen niet geblokkeerd kunnen worden door
vreemde voorwerpen. Plaats de pomp
eventueel op een onderlaag.
Zorg ervoor dat de pomp stabiel staat.
Gevaar voor elektrische schokken
door gebroken kabels!
Apparaat niet optillen of transporteren
aan de kabels of de drukslang! De kabels en
de drukslang zijn niet geschikt voor de trek-
belasting door het gewicht van het apparaat.
4.4
Apparaat plaatsen
1. Pomp lichtjes schuin in de te pompen
vloeistof dompelen, zodat zich aan de on-
derkant geen luchtkussen vormt. Hierdoor
zou het aanzuigen worden verhinderd. Zo-
dra de pomp is ondergedompeld, kan hij
weer worden opgericht.
2. Laat de pomp op de bodem van het vloei-
stofreservoir zakken.
Bevestig een voldoende sterk touw aan
het ophangoog om de pomp te laten zak-
ken.
De pomp kan ook hangend aan een touw
worden gebruikt.
26
3. Voor u de pomp opnieuw in gebruik neemt,
moet u erop letten dat de pompleiding vol-
ledig leeg is.
5.
Bediening
5.1
In- en uitschakelen
Nadat u het apparaat aangesloten hebt op
het stroomnet, wordt het door de vlotterscha-
kelaar automatisch in- (9) en uitgeschakeld
(10). Het schakeltijdstip is afhankelijk van het
waterpeil.
9
10
In- en uitschakeltijdstip van de pomp ver-
stellen
De positie van de vlotterschakelaarkabel in
de kabelhouder kan veranderd worden. Hier-
door wordt de afstand tussen in- en uitscha-
kelpunt van de pomp versteld::
– vlotterschakelaar bij de "korte kabel": in-
en uitschakelpunt liggen dicht bijeen.
– vlotterschakelaar bij de "lange kabel": in-
en uitschakelpunt liggen ver uiteen.
Attentie!
Bevestig de vlotterkabel zo, dat het
uitschakelpunt min. 150 mm boven de
bodem van de pomp ligt. Het apparaat kan
anders drooglopen en daardoor beschadigd
raken.
Attentie!
De vlotterschakelaar moet naar boven
en onder altijd beweegbaar blijven,
zodat het apparaat in- en uitgeschakeld kan
worden.
Attentie!
Het apparaat mag niet vaker dan 20
keer per uur inschakelen, zodat de
motor niet oververhit raakt.