BELANGRIJKE VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Voorkomen van brand.
1. Laat de combi-magnetron tijdens gebruik niet
onbeheerd achter. Te hoge vermogensniveaus
of te lange bereidingstijden kunnen het voedsel
mogelijk oververhitten met brand als gevolg.
2. Steek de stekker van het netsnoer in een gemak-
kelijk toegangbaar stopcontact zodat u de stekker
bij nood snel uit het stopcontact kunt trekken.
3. Sluit de oven alleen aan op een stopcontact met
230 V, 50 Hz met een minimale 16 A zekering of
een minimale 16 A circuitonderbreker.
4. Voor dit apparaat moet een afzonderlijk stroom-
circuit worden gebruikt dat alleen voor dit appa-
raat bestemd is.
5. Plaats de oven niet op plaatsen waar hitte wordt op-
gewekt. Bijvoorbeeld naast een conventionele oven.
6. Plaats de oven niet in een zeer vochtige of natte
ruimte.
7. Plaats of gebruik de oven niet buitenshuis.
8. Reinig het afdekplaatje voor de golfgeleider, de
ovenruimte, draaitafel en draaitafelsteun na ge-
bruik. Deze onderdelen dienen droog en vetvrij
te zijn. Opgehoopt vet kan mogelijk oververhit-
ten, gaan roken en vlam vatten.
9. Plaats geen ontvlambare materialen in de buurt
van de oven of de ventilatie-openingen.
10. Blokkeer de ventilatie-openingen niet.
11. Verwijder alle metalen draadjes, verzegelingen,
enz. van het voedsel en de verpakking. Vonken
van metalen voorwerpen kunnen mogelijk brand
veroorzaken.
12. Gebruik de combi-magnetron niet voor bakken
met olie of het verwarmen van frituurvet. De
temperatuur kan namelijk niet worden geregeld
en de olie kan mogelijk vlam vatten.
13. Gebruik alleen popcorn die in een voor magne-
trons geschikt materiaal is verpakt.
14. Bewaar geen voedsel of andere voorwerpen in
de oven.
15. Controleer de instellingen van de oven na het
starten ervan om ervoor de zorgen dat de oven
naar wens werkt.
16. Om oververhitting en brand te voorkomen dient
u goed op te letten wanneer u voedsel met een
hoog suiker- of vetgehalte, zoals bijvoorbeeld
worstenbroodjes, gebak of kerstpudding verhit
of opwarmt.
17. Volg de bijbehorende aanwijzingen in de gebrui-
kershandleiding.
Voorkomen van letsel
1. WAARSCHUWING:
Gebruik de oven niet indien deze is beschadigd
of niet normaal functioneert. Controleer voor ge-
bruik het volgende:
a) Controleer of de deur goed sluit en niet krom
of anders beschadigd is.
b) Controleer of de scharnieren en deurvergren-
delingen niet gebroken zijn of los zitten.
c) Controleer of de deurafdichtingen en pasvlak-
ken niet zijn beschadigd.
d) Controleer of er geen deuken in de ovenruim-
te of in de deur zitten.
e) Controleer of het netsnoer en de stekker niet
beschadigd zijn.
2. Gebruik de oven niet met de deur open. Breng geen
veranderingen in de veiligheidsdeurgrendels aan.
3. Gebruik de oven niet indien er een voorwerp tus-
sen de deurafdichtingen en pasvlakken zit.
4. Laat vet of vuil zich niet opbouwen op de deuraf-
dichtingen of aangrenzende delen. Reinig de
oven regelmatig en verwijder voedselresten,
Volg de instructies ''Onderhoud en reiniging'' op
pagina NL-17.
5. Personen met een PACEMAKER dienen een dok-
ter of de fabrikant van de pacemaker te raadple-
gen aangaande speciale voorzorgsmaatregelen
bij gebruik van combi-magnetrons.
Het voorkomen van de mogelijkheid van een elek-
trische schok
1. De behuizing mag nooit worden geopend of ver-
wijderd.
2. Zorg dat er geen vloeistoff en of andere voorwer-
pen in de openingen van de deurvergrendelin-
gen of ventilatie-openingen komen. Indien er iets
in deze openingen terecht is gekomen schakel
de oven dan onmiddellijk uit, trek de stekker uit
het stopcontact en raadpleeg erkend SHARP on-
derhoudspersoneel.
3. Dompel het netsnoer en de stekker niet in water
of andere vloeistoff en.
4. Laat het netsnoer niet over de rand van een tafel
of werkblad hangen.
5. Houd het netsnoer uit de buurt van warme op-
pervlakken, inclusief de achterkant van de oven.
6. Vervang de ovenlamp niet zelf en laat dit niet
door ondeskundige, niet door SHARP erkende
elektriciens uitvoeren. Raadpleeg uw dealer of
erkend SHARP onderhoudspersoneel indien de
ovenlamp niet meer functioneert.
Om de mogelijkheid van een explosie en overko-
ken te voorkomen:
1. Gebruik nooit gesloten bakjes. Verwijder de slui-
ting en deksels voor gebruik. Gesloten bakjes en
dergelijke kunnen zelfs nadat de oven is uitge-
schakeld nog ontploffen door de opgebouwde
druk.
2. Let op bij het bereiden van vloeistoff en met de mag-
netron. Gebruik altijd flessen of verpakkingen met
een wijde hals zodat bellen kunnen ontsnappen.
Verhit nooit vloeistoffen in flessen met een
dunne hals, zoals baby-zuigflessen, daar de
vloeistof plotseling uit de fles zou kunnen
spuiten en brandwonden kan veroorzaken.
Om te voorkomen dat kokende vloeistof uit de
fl es spat:
1. Gebruik geen te lange kooktijd.
2. Roer de vloeistof voor het verwarmen/ opwar-
men.
3. Het wordt aanbevolen om tijdens het opwar-
men een glazen staaf of dergelijk voorwerp
(geen metaal) in de vloeistof te steken.
4. Laat de vloeistof na het koken ten minste 20
seconden in de oven staan om te voorkomen
dat de vloeistof later uit de fl es spuit.
3. Prik ter voorkomen van het ontploff en van voed-
sel de schil of het vel van aardappelen, worstjes,
fruit en dergelijke door voor het verwarmen.
NL-6