OBJ_BUCH-907-001.book Page 68 Tuesday, June 30, 2009 2:32 PM
68 | Nederlands
Horizontale waterpasnauwkeurigheid van de
breedteas controleren
Voor de controle heeft u een vrij meettraject van
5 meter op een vaste ondergrond tussen twee
muren A en B nodig.
– Monteer het meetgereedschap dicht bij muur
A op een statief of plaats het op een vlakke
en stabiele ondergrond. Schakel het meetge-
reedschap in. Kies de snijlijnfunctie met au-
tomatisch waterpassen.
✺ ✁
– Richt de laser op de nabijgelegen muur A en
laat het meetgereedschap waterpassen. Mar-
keer het midden van het punt waarop de la-
serlijnen elkaar bij de muur snijden (punt I).
✶ ✂ ✄ ☎
– Draai het meetgereedschap 180°, laat het
waterpassen en markeer het snijpunt van de
laserlijnen op de tegenoverliggende muur B
(punt II).
1 609 929 S04 | (30.6.09)
– Plaats het meetgereedschap – zonder het te
draaien – dicht bij muur B, schakel het in en
laat het waterpassen.
❇
– Stel het meetgereedschap in hoogte zo af
(met behulp van het statief of indien nodig
door er iets onder te plaatsen), dat het snij-
punt van de laserlijnen precies het eerder ge-
markeerde punt II op muur B raakt.
❞
❇
– Draai het meetgereedschap 180°, zonder de
hoogte te veranderen. Richt het zo op muur
A, dat de verticale laserlijn door het reeds ge-
markeerde punt I loopt. Laat het meetge-
reedschap waterpassen en markeer het mid-
den van het snijpunt van de laserlijnen op
muur A (punt III).
– Het verschil d tussen beide gemarkeerde
punten I en III op muur A levert de feitelijke
hoogteafwijking van het meetgereedschap
langs de breedteas op.
Op het meettraject van 2 x 5 m = 10 m bedraagt
de maximaal toegestane afwijking:
10 m x 0,2 mm/m = 2 mm.
Het verschil d tussen de punten I en III mag
daarom hoogstens 2 mm bedragen.
❇
❇
✆ ✝ ✞ ✟
Bosch Power Tools