11.1 Alleen bij wateraansluiting aan de achterkant: Haakse aansluitstukken (a) afdichtend
monteren.
11.2 Waterhoeveelheidreguleringen (b) afdichtend erin schroeven.
11.3 Plaats waterhoeveelheidreguleringen zo, dat afsluitbout en bedieningselement vrij
toegankelijk zijn.
11.4 Voor een hoogte van de douchekop van 2,10 m tot 2,30 m moeten de boringen voor
de bevestiging op een hoogte (c) van 2,14 m tot 2,34 m vanaf bovenkant afgewerkte
vloer worden gemarkeerd.
11.5 Boor volgens de markeringen.
11.6 Breng de pluggen aan.
11.7 Schroef de inhaaklijst vast.
11.8 Haak het douchepaneel in.
11.9 Overige boringen markeren.
11.10 Haal het douchepaneel weg.
11.11 Boor volgens de markeringen.
Breng de pluggen aan.
☞
Batterijvak of netvoeding en verlengkabel worden niet meegeleverd (zie Toebe-
horen,
Hoofdstuk
☞
Als een netvoeding voor wandinbouw wordt gebruikt, moet deze op ca. 3 m afstand
van de douche worden ingebouwd.
11.12 De sensor AQUACONTACT (d) verbinden met
– een batterijvak (e)
of
– een netvoeding voor wandinbouw (f).
☞
Als de laadstand van de batterij te laag is, knippert de LED met 20 s klokpulsen.
11.13 Beschermfolie van het douchepaneel aftrekken.
11.14 Het douchepaneel bijv. met Chromol afdichten (niet meegeleverd, zie Toebehoren
Hoofdstuk
27).
11.15 Alleen bij wateraansluiting aan de achterkant: Voer eerst stappen 11.17 t/m 11.19 uit.
11.16 Haak het douchepaneel in de inhaaklijst in en schroef het vast.
11.17 De wateraansluitingen realiseren.
11.18 De waterhoeveelheidreguleringen met een inbussleutel openen.
a: gesloten
b: open
11.19 De wateraansluitingen op lekkages controleren.
27).
- 73 -