11.
Reiniging en onderhoud
11.1 Batterijen vervangen
Batterijen vervangen in het basisstation
Vervang de batterijen wanneer het scherm moeilijk leesbaar wordt. Zie Batterijen plaatsen in het
basisstation.
Opgelet: Bij het verwijderen van de batterijen uit het basisstation, worden alle vorige gegevens en
alarminstellingen gewist.
Batterijen vervangen in het buitenstation
Wanneer de batterijen in de zender bijna leeg zijn, verschijnt het icoontje
vervang de batterijen van de zender zo snel mogelijk. Zie Batterijen plaatsen in het buitenstation.
Opmerking: De lage batterij-indicator functioneert enkel correct bij een temperatuurbereik van 10~35°C.
Buiten dit temperatuurbereik kan de lage batterij-indicator oplichten zelfs al zijn de batterijen nog goed.
Bij het vervangen van de batterijen in de zender, zal de zender opnieuw synchroniseren met het binnenstation
binnen de 3 volgende uren. Alle vorige gegevens en alarminstellingen worden behouden.
Indien u de toestellen sneller wilt synchroniseren, kan u de batterijen verwijderen uit het binnenstation en ze
na 10 seconden terugplaatsen.
Opgelet: In dit geval worden alle vorige gegevens en alarminstellingen gewist.
11.2 De sensoren vervangen
Raadpleeg de afbeeldingen op pagina 2-3 van deze handleiding.
De regencollector en thermo-hygrosensor vervangen
Ga als volgt te werk om de regencollector en thermo-hygrosensor te vervangen:
1. Draai de drie schroeven [O] los aan de onderkant van de regencollector.
2. Neem de regencollector van de basis [P].
3. Draai de 4 schroeven van het sensordeksel los en verwijder het deksel [Q].
4. Ontkoppel de datakabel [R].
5. Draai de schroef [S] los die de sensorunit vasthoudt en trek de unit voorzichtig los van de metalen stang.
6. Schuif de nieuwe sensorunit op de stang en bevestig met de schroef.
7. Sluit de datakabel opnieuw aan.
8. Plaats het sensordeksel terug en zet het vast met de schroeven.
9. Zet de nieuwe regencollector op de basis.
10. Bevestig de regencollector op de basis met de drie schroeven aan de onderkant.
11. Controleer of het toestel nog steeds loodrecht staat met de waterpas [B]. Indien nodig, pas de positie aan.
Windsensor vervangen
Volg onderstaande stappen om de windsensor te vervangen:
1. Ontkoppel de datakabel: zie De regencollector en thermo-hygrosensor vervangen voor instructies.
2. Draai de schroef [T] los die de sensorunit vasthoudt en trek de unit voorzichtig los van de metalen stang.
3. Schuif de nieuwe sensorunit op de stang en bevestig met de schroef.
4. Sluit de datakabel opnieuw aan.
5. Op de windrichtingsensor staan markeringen [N] die het noorden (N), oosten (E), zuiden (S) en het
westen (W) weergeven. Gebruik een kompas (niet meegeleverd) om het toestel te plaatsen zodat dat de
markeringen overeenstemmen met de werkelijke installatieplaats: de N-markering moet noordwaarts
gericht zijn, de E-markering oostwaarts, enz. Indien de sensor niet correct staat, dan zal de gemeten
windrichting niet correct zijn.
6. Controleer of het toestel nog steeds loodrecht staat met de waterpas [B]. Indien nodig, pas de positie aan.
V. 02 – 24/05/2012
WS1060
22
op het scherm. In dit geval,
©Velleman nv