NL
Vóór het gebruik
¾ Maak u voor aanvang van de werkzaamheden
vertrouwd met de werking van de heggen-
schaar en de bedieningselementen. Gebruik
nooit een heggen schaar waarvan de schake-
laar defect is en niet meer in- of uitgeschakeld
kan worden. Laat deze door een gekwalificeerd
vakman of een gespecialiseerde werkplaats
repareren.
¾ De machine mag nooit worden gebruikt met
beschadigde of ontbrekende veiligheids-
voorzieningen of afdekkingen. Laat deze door
een hiervoor gekwalificeerd vakman of gespeci-
aliseerde werkplaats repareren of indien nodig
vervangen.
¾ Vóór het uitvoeren van instellingen en het
reinigen van het apparaat, het apparaat
uitschakelen en de voedingsstekker uit het
stopcontact trekken.
¾ Gebruik geen heggenschaar met een defecte
of sterk versleten snij-inrichting. Laat deze
door een hiervoor gekwalificeerd vakman
of gespecialiseerde werkplaats repareren of
indien nodig vervangen.
Tijdens het gebruik
¾ Houd alle lichaamsdelen uit de buurt van het
snijmes. Niet proberen snijgoed te verwij-
deren bij een lopend mes of het te snijden
materiaal vast te houden. Verwijder ingeklemd
maaigoed alleen bij uitgeschakeld apparaat en
losgekoppelde voedingsstekker. Een moment
van onoplettendheid bij het gebruik van de heg-
genschaar kan leiden tot ernstig letsel.
¾ Houd het elektrisch gereedschap alleen vast
aan de geïsoleerde greepvlakken, omdat het
snijmes in aanraking kan komen met stroom-
leidingen. Het contact van het snijmes met een
spanningvoerende leiding kan metalen apparaat-
onderdelen onder spanning zetten en leiden tot
een elektrische schok.
¾ Bij onderbrekingen van het werk de heggen-
schaar nooit onbeheerd achterlaten en hem
opbergen op een veilige plaats.
¾ Doorzoek de heg op verborgen objecten,
zoals draadafrasteringen.
¾ De heggenschaar met beide handen vasthou-
den
¾ Houd de heggenschaar tijdens het inschake-
len evenwijdig aan de heg om letselgevaar te
voorkomen.
52
Veiligheidsaanwijzingen
¾ Houd ook tijdens het werken een veilige af-
stand tot de het snijgereedschap.
¾ Draag altijd geschikte oog- en gehoorbescher-
ming!
¾ Wees zeer voorzichtig als u achteruit loopt.
Struikelgevaar!
¾ De motor bij het transport naar/van de ver-
schillende werklocaties uitschakelen.
¾ De op de machine gemonteerde schakelin-
richtingen mogen nooit worden overbrugd of
gewijzigd (bijv. door het vastbinden van de
schakelaar aan de handgreep).
¾ Zorg dat u bij het werken altijd stabiel staat,
vooral als u gebruik maakt van een opstapje
of een ladder.
¾ Let altijd op uw omgeving en op mogelijke ge-
varen, die u door het geluid van het apparaat
wellicht niet kunt horen.
Opmerkingen m.b.t. trillingen:
¾ De effecten van trillingen kunnen schade aan
zenuwen en storingen in de bloedcirculatie in
handen en armen veroorzaken.
¾ Draag bij het werken in een koude omgeving
warme kleding en houdt uw handen warm en
droog.
¾ Pauzes houden.
¾ Merkt u dat de huid bij uw vingers of handen
gevoelloos wordt, jeukt, zeer doet of wit ver-
kleurd, stop dan met werken met de machine
en bezoek eventueel een arts.
¾ De aangegeven trillingsemissiewaarden wer-
den volgens een genormeerde testprocedure
gemeten. Maken de inschatting van de emis-
sies van het elektrische gereedschap en de
vergelijking verschillende elektrische gereed-
schappen mogelijk. Afhankelijk van de gebruiks-
omstandigheden, de toestand van het elektrisch
gereedschap of de werkgereedschappen, kan
de werkelijke belasting hoger of lager uitvallen.
Houd bij het inschatten rekening met werkonder-
brekingen en fasen met een geringere belasting.
Leg op grond van overeenkomstig aangepaste
inschattingen beschermende maatregelen vast,
bijv. organisatorische maatregelen.
Veiligheidsaanwijzingen