■ De diafragma instellen
Gebruik het fototoestel om de instellingen van de
diafragma aan te passen.
■ Variabele maximale diafragma's
Wanneer u het objectief zoomt van 10mm naar 24mm,
vermindert het maximale diafragma met
Het is echter niet nodig de instellingen van het
diafragma aan te passen om een juiste belichting te
verkrijgen, omdat de camera deze variabele
automatisch compenseert.
■ Scherpstellen (fig. A)
Stel de scherpstelfunctieschakelaar van de camera in
overeenkomstig de volgende tabel.
Camera's
scherpstelling stand
2
/
stop.
3
AF (A/S/C)
MF
Raadpleeg de Gebruikshandleiding van de camera voor
meer informatie over de scherpstelmodi van de camera.
Autofocus handmatige aanpassing
(M/A-stand)
1 Stel de scherpstelmodusschakelaar d in op M/A.
2 Autofocus is ingeschakeld, maar u kunt dit
opheffen door de aparte scherpstelring 7 te
draaien terwijl u de ontspanknop half ingedrukt
houdt of door te drukken op de AF-ON-knop op
fototoestellen die hiermee zijn uitgerust.
3 Druk de ontspanknop of de AF-ON-knop opnieuw half in
om de handmatige scherpstelling te annuleren en
autofocus te hernemen.
Goede resultaten behalen met autofocus
Zie "Opmerkingen bij het gebruik van groothoek of
ultragroothoek AF NIKKOR-objectieven" (P. 65).
Scherpstelstand van objectief
M/A
M
Handmatige
Autofocus
scherpstelling
handmatige
(hulpverlichting is
aanpassing
beschikbaar.)
Handmatige scherpstelling
(hulpverlichting is beschikbaar.)
Nl
61