Italtecnica Sirio Instrucciones De Uso página 147

van de installatie.
geval de kranen worden geopend.
WERKING: op het moment van inschakeling verkrijgt het eerste apparaat het commando over het andere en krijgt de status "MASTER",
terwijl het andere apparaat "SLAVE" wordt. Bij het openen van de gebruikers start het "MASTER" apparaat de pomp en geeft, bij het
bereiken van de maximale rotatiesnelheid en met de druk in de installatie lager dan de ingestelde waarde voor Pmin, de controle over aan de
tweede inverter die de nieuwe "MASTER" wordt, terwijl de eerste "SLAVE" wordt en zijn rotatiesnelheid vast blijft. Naarmate er meer
gebruikers worden gesloten, zal het tweede apparaat de pomp stoppen en de controle over de installatie weer doorgeven aan de eerste
inverter; deze zal zijn eigen elektropomp stoppen op het moment waarop de wateropname nul wordt omdat alle gebruikers volledig gesloten
zijn. Na de stop wordt de status van "MASTER" aan het andere apparaat doorgegeven, zodat er een voortdurende afwisseling is van de pomp
die als eerste wordt gestart. In het geval van een storing of fout van één van de twee inverters, neemt de andere automatisch de status van
master aan en begint op onafhankelijke wijze te werken. Om de uitwisselingsfunctie te activeren, is het niet nodig om parameters in te stellen
in het menu; Sirio detecteert namelijk zelf de aanwezigheid van een secundair apparaat via de elektrische aansluiting.
De geprogrammeerde waarden voor "Pmin" en "Dp start" moeten voor beide apparaten gelijk zijn.
SIRIO X4
Er kunnen maximaal 4 Sirio inverters worden aangesloten via de interfacemodule "Sirio X4". In dit geval worden de communicatiekabels
niet rechtstreeks aangesloten tussen de twee inverters, maar worden deze allemaal aangesloten op de interfacemodule, die hen op sequentiële
wijze activeert.
BEVEILIGINGSMODULE
Om schade aan de inverter te voorkomen, is er een beveiligingsmodule leverbaar die op de voedingsleiding moet worden geïnstalleerd en die
in staat is om Sirio automatisch van de netspanning af te koppelen als er problemen in de netvoeding zijn. Neem contact op met een erkende
dealer voor meer informatie.
IT
Installatie en aansluiting in dubbele drukgroepen
INSTALLATIE: installeer iedere Sirio op de persleiding van de betreffende
elektropomp. Sluit het uitlaatverbindingsstuk van iedere inverter aan op de collector
van de persleiding zonder er terugslagkleppen tussenin te installeren. Verbind de
aanzuigleidingen van de elektropompen met de gemeenschappelijke
inlaatverzamelleiding, waarbij voor iedere pomp een terugslagklep wordt aangebracht
om te voorkomen dat hij leegstroomt wanneer hij wordt gestopt. Sirio kan zowel in
verticale als in horizontale positie worden gemonteerd.
AANSLUITING: de aansluiting tussen de twee Sirio-apparaten vindt plaats door
middel van een niet-afgeschermde kabel van 4x0,5 mm
hiernaast. De maximumlengte van de kabel is 100 cm inclusief de gestripte gedeeltes.
Er is een voorgeassembleerde verbindingskabel beschikbaar met klemmen en
nummering van de kabels (code SR-CBL4X05-100). Als er geen enkele kabel wordt
aangesloten, werkt het apparaat op autonome wijze.
SLAVE STATUS: wanneer het apparaat de status
SLAVE heeft, verschijnen er twee letters S in de
onderste regel van het display; in deze conditie wordt,
als de pomp in werking is, het aantal omwentelingen
constant gehouden; wanneer de pomp daarentegen
stilstaat, wordt het starten ervan verhinderd, ook in het
EN F DE
1.0 BAR
[40Hz]
148
E RU PT GR
MASTER STATUS: wanneer het apparaat de status
MASTER heeft, is het
drukschommelingen in de installatie, en is het dus in
staat om de elektropomp te starten en te stoppen en het
toerental ervan te moduleren op basis van de watervraag
CZ SK NL
2
zoals in het schema
gevoelig voor de
1.0 BAR
S 40HzS
RO