Ingebruikname - Bosch GIC 120 Professional Manual Original

Ocultar thumbs Ver también para GIC 120 Professional:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 15
26 | Nederlands
Haal de batterijen uit de inspectiecamera, wanneer u
u
deze langere tijd niet gebruikt. De batterijen kunnen bij
een langere periode van opslag corroderen en zichzelf
ontladen.
Camerakabel monteren (zie afbeelding A)
Voor het gebruik van de inspectiecamera moet de
camerakabel (7) aan het handtoestel (1) worden gemon-
teerd.
Steek de stekker van de camerakabel (7) in de juiste positie
op de camera-aansluiting (14) tot deze vastklikt.
Camerakabel demonteren (zie afbeelding B)
Voor het wegnemen van de camerakabel (7) drukt u de
vergrendeling (15) bij elkaar en trekt u de stekker uit het
handtoestel (1).
Spiegel, magneet of haak monteren
(zie afbeelding C)
De spiegel (18), de magneet (16) en de haak (17) kunnen
als hulpmiddel op de camerakop (8) worden gemonteerd.
Schuif een van de 3 hulpmiddelen zoals in de afbeelding te
zien tot aan de aanslag op de uitsparing op de
camerakop (8).
Aanwijzing: De magneet (16) en de haak (17) zijn uitslui-
tend beschikt voor het bewegen en verwijderen van loszit-
tende, kleine en lichte voorwerpen. Bij te sterk trekken kan
de inspectiecamera of het hulpmiddel worden beschadigd.
Gebruik
Bescherm het handtoestel (1) en de batterijen tegen
u
natheid en directe bestraling door de zon. Cameraka-
bel en camerakop zijn bij een correcte montage water-
dicht. Het handtoestel en de batterijen zijn echter niet te-
gen water beschermd, bij contact met water bestaat het
risico van een elektrische schok of beschadiging.
Gebruik de inspectiecamera niet, wanneer de lens op
u
de camerakop (8) beslagen is. Schakel de inspectieca-
mera pas in, wanneer het vocht verdampt is. De in-
spectiecamera kan anders worden beschadigd.
De ingeschakelde lamp (9) kan tijdens gebruik heet
u
worden. Raak de lamp niet aan om verbrandingen te ver-
mijden.
Stel de inspectiecamera niet bloot aan extreme tem-
u
peraturen of temperatuurschommelingen. Laat deze
bijv. niet gedurende langere tijd in de auto liggen. Laat de
inspectiecamera bij grotere temperatuurschommelingen
eerst op de juiste temperatuur komen, voordat u hem in
gebruik neemt.

Ingebruikname

In-/uitschakelen
Om de inspectiecamera in te schakelen drukt u op de aan/
uit-toets (2). Op het display (5) verschijnt gedurende korte
tijd het startscherm.
1 609 92A 63C | (04.11.2020)
Aanwijzing: Wanneer bij het inschakelen de camerakabel
niet gemonteerd is, verschijnt op het display een foutmel-
ding.
Om de inspectiecamera uit te schakelen drukt u opnieuw
op de aan/uit-toets (2).
Als ca. 20 min. lang niet op een toets van de inspectiecame-
ra wordt gedrukt, dan schakelt deze automatisch uit om de
batterijen te sparen.
Lamp in camerakop regelen
Om het camerabeeld te verlichten, kunt u de lamp (9) in de
camerakop inschakelen en de helderheid regelen.
De helderheid kan in 4 standen worden ingesteld (0 %,
25 %, 50 %, 100 %).
Druk voor het inschakelen van de cameralamp (9) en het
versterken van de helderheid zo vaak op de toets verlichting/
helderheid (4) tot de gewenste helderheid is bereikt.
Kijk niet direct in de lamp (9) en richt de lamp niet op
u
andere personen. Het licht van de lamp kan de ogen ver-
blinden.
Druk voor het verlagen van de helderheid en voor het uit-
schakelen van de cameralamp (9) zo vaak op de toets ver-
lichting/helderheid (4) tot de gewenste helderheid is bereikt
of de lamp is uitgeschakeld.
Beeld op het display vergroten (zoom)
Door kort op de toets vergroting (6) te drukken kunt u het
beeld op het display met het 1,5-voudige of 2-voudige ver-
groten.
Zwart/wit-toets
Door kort op de zwart/wit-toets (3) te drukken kunt u het
display omschakelen tussen kleurweergave en zwart/wit-
weergave. Door zwart/wit-weergave kan bijv. het contrast
verbeteren.
Compass View met referentiepunt (Up-Indicator)
(zie afbeelding D)
Door lang op de zwart/wit-toets (3) te drukken komt u in de
Compass View (e). Het gele referentiepunt (Up-Indicator)
geeft daarbij aan waar in het beeld boven zich fysisch be-
vindt.
Aanwijzing: Beperkte functie bij gemonteerde spiegel (18)
en/of bij verticale oriëntatie van de camerakabel (7)
Statusbalk
De statusbalk (a) verschijnt telkens na het drukken op een
toets gedurende ca. 2 seconden op het display. Deze geeft
het volgende aan:
– de ingestelde vergroting (b)
– de ingestelde helderheid (c)
– de laadtoestand van de batterijen (d)
Aanwijzingen voor werkzaamheden
Controleer de omgeving die u wilt inspecteren, en let vooral
op obstakels of gevaarlijke punten.
Buig de camerakabel (7) zodanig dat de camerakop goed in
de te onderzoeken omgeving kan worden binnengebracht.
Breng de camerakabel voorzichtig naar binnen.
Bosch Power Tools

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido