Nederlands
Voordat u met het in elkaar zetten begint, alle elementen van de trap uitpakken. Deze op een groot vlak neerleggen
en de hoeveelheid nagaan van de elementen.
De trap wordt geleverd met een draairichting (een rechts- of linksdraaiende trap), gedefinieerd in de ontwerpfase van
de ideale configuratie, die de spilvorm (wenteling met de wijzers van de klok mee of tegen de wijzers van de klok
in) van de secties van de handregel van het balustradewerk bepaalt, daarom wordt afgeraden de draairichting om
te keren, om een correcte montage niet in gevaar te brengen. Om te begrijpen met welke draairichting de trap wordt
geleverd volstaat het de beschrijving van code 140051 te lezen.
Montage vooraf
1. De elementen 001010 in de treden 103008 monteren (fig. 1).
2. N auwkeurig de hoogte van vloer tot vloer meten. Meten om de hoeveelheid van de afstandschijven 131030 of
131031 te bepalen. Gebruik om de benodigde hoeveelheden van de schijven 131030 o f131031 te bepalen de
TAB. 2 (H = hoogte, A = optrede).
Voorbeeld: voor een gemeten hoogte van vloer tot vloer van 298 cm en een trap met 13 treden dient u:
a) in overeenkomst met de hoogte 298 cm, in de kolom H, de hoeveelheid van afstandschijven die nodig zijn af
te lezen, n° 40 schijven in de kolom A/13.
b) de schijven te verdelen, in opeenvolging, op alle afstandsblokjes 130202 of 130203 (vervolgens boven of
beneden verdelen) één per keer, totdat ze op zijn (behoud de uitlijning van het injectiepunt, dat aanwezig is op de
rand in zicht, om het uiterlijk ervan te verbeteren). Op de 1ste afstandschijf 130202 of 130203 kunnen er tot
een maximum van 3 schijven ingezet worden. Op de resterende afstandstukjes 130202 of 130203 kunnen er
tot een maximum van 5 schijven ingezet worden.
c) Het eindresultaat is 3 schijven op het 1ste afstandstukje 130202 of 130203 ( 2 boven en 1 beneden), 4
schijven op het 2de afstandstukje 130202 of 130203 (2 boven en 2 beneden), 3 schijven op de resterende elf
afstandstukjes (2 boven en 1 beneden).
3. D e hoeveelheid bepalen van de eindbalusters, tussenbalusters en verbindingsbalusters (fig. 1) (fig. 7):
Let op: erop letten dat de lengte van de geleverde lijstwerken de leuning van drie treden maximaal bedekt. Bij
gevolg moet er hooguit om de drie treden een verbindingstussenbaluster (z) worden ingezet.
a) Montering van de eindbalusters (x): het artikel 011071 inzetten in het gat van de tussenbalusters 127031
of 127035 aan de kant van de verwijding. Vanaf de andere kant het artikel 033159 en vervolgens het artikel
031096 inzetten en aandraaien.
Het element 001019 monteren in het element 033158, aandraaien en inzetten in de tussenbalusters 127031
of 127035 met het gat aan de kant van de verwijding en definitief aandraaien.
Het element 033078 inzetten in het element 033158. Aandraaien met het element 011072.
b) Montering van de tussenbalusters (y): het artikel 001011 aandraaien in de 034040 zonder te drukken. Het
artikel 011070 inzetten in het gat van de tussenbaluster 127031 of 127035 van de kant van de verwijding en
het aandraaien aan de artikels 001011+034040.
Het element 001019 monteren in het element 033158, aandraaien en ze inzetten in de artikels 127031 of
127035 met het gat aan de kant van de verwijding en definitief aandraaien.
Het element 033078 inzetten in het element 033158. Aandraaien met het element 011072.
c) Montering van de verbindingsbalusterlijstwerken (z): het artikel 011071 inzetten in het gat van de
tussenbaluster 127031 of 127035 aan de kant van de verwijding. Aan de andere kant het artikel 033159
inzetten, het artikel 033160 erop plaatsen en aandraaien. Het element 001019 monteren in het element
033158, aandraaien en het inzetten in de balusters 127031 of 127035 met het gat aan de kant van de
verwijding en definitief aandraaien.
Het element 033078 inzetten in het element 033158. Aandraaien met het element 011072.
Snijden van het trapbordes
4. O m de snijlijn van het ronde trapbordes te definiëren moet u:
1) aandachtig de vliering opmeten.
2) het midden van de vliering berekenen.
3) de vorm van het ronde gat schetsen, in de nabijheid van het aankomstpunt, op een verpakkarton; het karton
uitknippen en het op symmetrische wijze plaatsen, op het lagere deel (onderkant) van het trapbordes, op een
afstand, ten opzichte van het midden, gelijk aan de helft van het eerder gemeten gat (fig. 3).
5. O m de snijlijnen van de driehoekige of trapeziumvormige trapbordessen te schetsen moet u:
1) aandachtig de vliering opmeten.
2) het midden van de vliering berekenen.
3) de snijlijnen bepalen parallel aan de bestaande randen, op het lagere deel (zijkant) van het trapbordes, op
22 - REX T