1 Toepassing
Inhoudsopgave
NL
1. Toepassing
2. Montage
3. Functiebeschrijving
3.1 Toerentalregeling
3.2 Minimaal toerental
3.3 Bewaking / Storing
3.4 LED's
3.5 Remote sensor
4. Aansluiting
5. Technische gegevens
6. Veiligheidsvoorschriften
7. Levering
8. Garantie
1 Toepassing
De SK 3120.200 is een onafhankelijk te
monteren, elektronische toerentalregeling voor
2-polige 1-fase wisselstroommotoren. Deze
toerentalregeling mag alleen in een behuizing
worden ingebouwd. De toerentalregeling regelt
de temperatuur in de behuizing tot de ingestelde
waarde. Bij toepassing van deze toerentalregeling
worden de ventilatorgeluiden aanzienlijk geredu-
ceerd. Het ventilatortoerental wordt zodanig ge-
regeld, dat de behuizing wordt gekoeld (gekoelde
inlaatlucht vereist). Hierdoor wordt bovendien de
energiebehoefte lager. De toerentalregeling is
bijzonder geschikt voor Rittal ventilatoren en
lucht/lucht-warmtewisselaars.
2 Montage
De toerentalregeling kan eenvoudig op de 35 mm
montagerail (EN 50 022) worden bevestigd.
3 Functiebeschrijving
3.1 Toerentalregeling (P1)
De behuizingstemperatuur wordt gereduceerd tot
de op de potentiometer P1 ingestelde temperatuur
(gekoelde inlaatlucht vereist). De temperatuur
wordt gemeten door de remote sensor. Zodra de
ingestelde gewenste waarde is bereikt, draait de
ventilator met een toerental van 100 %, zie grafiek.
Binnen het proportionele bereik van 10 K vindt een
traploze regeling van het toerental plaats. Bij een
dalende temperatuur wordt de ventilator bij 13 K
onder de gewenste waarde uitgeschakeld. De ven-
tilator schakelt opnieuw in bij 10 K onder de ge-
12
wenste waarde. De ventilator wordt bij het inscha-
kelen door een startimpuls gestart.
3.2 Minimaal toerental (P2)
Na het bereiken van het minimale toerental
schakelt de ventilator uit. De instelling vindt pro-
centsgewijs, met betrekking tot het maximale
toerental, plaats. Zorg dat de ventilator ook bij
minimaal toerental nog goed functioneert (zie
fabrikantinstructies bij externe ventilatoren).
Wij raden voor de ventilatoren van de serie
SK 3321.xxx – SK 3327.xxx een minimaal
toerental van ~40 % aan.
Instelling:
Stel P2 op 100 % in en P1 op 55 °C
Reduceer P1 tot de ventilator draait
Stel P2 op het gewenste minimale
toerental in
Nu kan P1 op de gewenste temperatuur worden
ingesteld.
Opmerking: Bij minimaal toerental = 100 % draait
de ventilator altijd op maximale snelheid (geen
regeling).
3.3 Bewaking / Storing
Tijdens normaal bedrijf is contact 5-4 van het
alarmrelais open.
Te hoge temperatuur:
Bij een gemeten temperatuur die meer dan 10 K
hoger is dan de ingestelde gewenste waarde,
wordt de temperatuurbewaking aangesproken,
zie grafiek.
De rode LED knippert 1x.
Het storingsmeldrelais valt af (klemmen 5-4
gesloten).
Kabelonderbreking naar de ventilator:
De rode LED knippert 2x.
Het storingsmeldrelais valt af (klemmen 5-4
gesloten).
Sensorbreuk / kortsluiting:
In deze situatie draait de ventilator met maximaal
toerental.
De rode LED knippert 3x.
Het storingsmeldrelais valt af (klemmen 5-4
gesloten).