VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Dit apparaat mag niet worden gebruikt
door onervaren personen waarop geen
toezicht is of die niet de noodzakelijke
aanwijzingen hebben gekregen van een
daartoe bekwame persoon. Geef het
apparaat niet in handen van kinderen.
Lees deze voorschriften zorgvuldig door
voordat u het apparaat gaat gebruiken
en houd u er aan.
■ Controleer, alvorens het apparaat te
gebruiken, of het snoer en de stekker
niet beschadigd zijn.
■ Laat het apparaat nooit vochtig worden
en gebruik het nooit in een vochtige
omgeving.
■ Gebruik dit apparaat niet als het een
schok of stoot heeft gehad of als het op
de een of ander manier beschadigd is.
■ Gebruik het laadapparaat niet op
een brandbaar oppervlak of in een
ontvlambare omgeving vanwege de
hitte die tijdens het laden vrijkomt.
■ Zorg dat de ventilatieopeningen nooit
worden afgedekt.
■ Demonteer het apparaat nooit zelf.
■ Trek de stekker van het laadapparaat
uit het stopcontact wanneer u het niet
gebruikt of wanneer u het schoonmaakt.
■ Gebruik uitsluitend goedgekeurde
verlengsnoeren die in perfecte staat
zijn.
■ Let erop dat er bij het opladen
voldoende ventilatie is op de plaats
waar u werkt. Slechte werking van het
laadapparaat tijdens het laden kan
worden veroorzaakt door overmatige
bedrijfs- en omgevingstemperaturen.
Vermijd temperaturen boven +40°C.
Het opladen in gesloten kasten of in de
buurt van warmtebronnen (radiatoren,
zon, enz.) veroorzaakt verschijnselen
van warmteaccumulatie die het
apparaat kunnen beschadigen.
■ Neem het accupak uit het laadapparaat
en trek de stekker hiervan uit het
stopcontact als u het apparaat
gedurende langere tijd niet gebruikt.
■ Bescherm de contacten van de accu om
kortsluitingen, die veroorzaakt kunnen
worden door metalen voorwerpen, te
voorkomen. Zo voorkomt u gevaar voor
lichamelijk letsel of explosie.
■ Gebruik het apparaat alleen om
originele accupakken op te laden
zoals die in deze handleiding worden
aanbevolen.
■ Laat een eventueel beschadigd
netsnoer vervangen door een erkend
servicecentrum om gevaar voor
ongelukken te voorkomen.
WAARSCHUWING
Probeer nooit om batterijen op te
laden die niet oplaadbaar zijn.
WAARSCHUWING
C o n t r o l e e r o f d e g e b r u i k t e
netspanning overeenkomt met
de op het apparaat vermelde
voedingsspanning om gevaar
v o o r m a t e r i ë l e s c h a d e t e
voorkomen.
22