En
De begininstellingen configureren
Fr
De
De basisinstellingen
1
It
opgeven
Es
Als u het apparaat voor de eerste keer aanzet, verschijnt
Ca
de installatiehandleiding op het bedieningspaneel. Voer
de aanvangsinstallatie van het apparaat uit door de
Eu
instructies op het scherm te volgen.
Pt
El
Da
Nl
No
Sv
1.
Selecteer de taal.
Fi
2.
Ru
Selecteer de tijdzone.
Uk
3.
Stel de huidige datum / tijd in.
Lv
Lt
De beveiligingsinstellingen
2
Et
opgeven
Pl
Stel een beheerderswachtwoord in om de beveiliging van
het apparaat te verbeteren.
Cs
1.
Controleer de melding en druk op
Sk
Sl
2.
Selecteer <Ja>.
Om door te gaan zonder een wachtwoord in te
Hr
stellen, selecteert u <Nee> en gaat u door naar "De
netwerkinstellingen opgeven".
Hu
3.
Voer een wachtwoord in en selecteer
Ro
<Toepassen>.
Bg
Voer hetzelfde wachtwoord nogmaals in en
selecteer <Toepassen>.
Tr
4.
Controleer de melding en druk op
Ar
Fa
Bedieningspaneel
De netwerkinstellingen
3
opgeven
Geef de instellingen op voor het verbinden van het
apparaat met een netwerk. Controleer voordat u doorgaat
of de computer en router correct met het netwerk
verbonden zijn.
Bekabeld LAN
1.
Selecteer <Bekabeld LAN>.
2.
Sluit de LAN-kabel aan.
Wacht een paar minuten terwijl het IP-adres van
het apparaat automatisch ingesteld wordt.
Draadloos LAN
In het voorbeeld in dit document worden de
<SSID-instellingen> beschreven. Raadpleeg de
gebruikershandleiding voor informatie over andere
configuratieprocedures.
1.
Controleer de " SSID " en de " Netwerksleutel "
van de router.
.
SSID
Netwerksleutel
2.
Selecteer <Draadloos LAN>.
3.
Controleer de melding en druk op
4.
.
Selecteer <SSID-instellingen>.
5.
Selecteer <Selecteer toegangspunt>.
42
: XXXXXXXXXXXX
: XXXXXXXXXXXX
.