3-9
GEBRUIK
AANDRIJVER OP DE TOUPIE
Bij cannelurebewerkingen dienen de
twee geleiders van de toupie exact
uitgelijnd te zijn, terwijl bij de
f r e e s b e w e r k i n g e n
prof il eerbe we rk ing en
geleiders in zigzagpositie t.o.z van
de te verwijderen dikte geplaatst
PT
NL
dienen te worden
Bij de Aandrijver met 3 rollen,
dient de frees van de toupie tussen de
middenrol (B) en de ingangsrol (A)
164
VAN
DE
3-10
GEBRUIK
DRIJVER OP DRAADSCHAAF
Bij de montage van een Aandrijver
met 3 rollen op een draadschaaf,
moeten alle rollen van den Aandrijver
langs het uitgangsdeel van de schaaf
o f
b i j
handelen.
de
twee
De ingangsrol (A) moet zich op onge-
veer 5-6 cm van de bankopening be-
vinden. De druk van de rollen op het
te bewerken deel dient zo licht moge-
lijk te zijn.
Fig.16
VAN
DE
AAN-
Fig.17