Maak voor het verlijmen van delen afstandsbediening (LED en besturingseenheid) de
aangewezen plaats altijd schoon en vetvrij met behulp van een geschikte reiniger. Laat
het 10 min luchten. Raak de zodanig klaargemaakte plaats in geen geval meer aan.
- 1 -
- Sluit alle draden aan volgens de afbeelding.
- 3, 4 -
- LED (B) op de voorruit plakken.
- Plak de besturingsunit (C) met behulp van de klittenbanden (L) op het rechte vlak achter de
lichtenschakelaar. Plaats de besturingsunit zo dat de aansluitklemmen van de unit in
de richting van de motorruimte liggen.
Gebruik voor het uitnemen van de volgende draden uit de aansluitklemmen het gereedschap
van de priemenset.
- Signaal „+15" – oranje draad
- verbind die door met de zwart/gele draad van de aansluitklem A 44.
- Richtingaanwijzers - blauw/groene draad
- verbind die door met de wit/groene draad van de aansluitklem A 28.
- Richtingaanwijzers – blauwe draad
- verbind die door met behulp van het verbindingsbuisje (K) met de zwart/witte draad van
de aansluitklem B 14.
- Signaal „30" (afb. 5) – rode draad
- schuif die in een vrije plaats in het zekeringenpaneel in de positie " + " (afhankelijk van de
wageninrichting).
- zet de zekering 7,5 A (D) in.
- Signaal „31" – zwarte draad
- verbind die door met de bruine draad van de aansluitklem van de lichtenschakelaar T17a
(PIN 10).
- Centrale deurvergrendeling - geel/blauwe draad
- verbind die door met de geel/blauwe draad van de aansluitklem A 24.
Verbind alle bezette aansluitklemmen. Sluit de witte aansluitklem van de bundel elektrische
installatie van de afstandsbediening aan op de besturingsunit (C).
NL