ervan om ervoor de zorgen dat de oven naar wens
werkt.
Laat de oven niet onbewaakt achter terwijl deze in
werking is.
Om oververhitting en brand te voorkomen dient
u goed op te letten wanneer u voedsel met een
hoog suiker- of vetgehalte, zoals bijvoorbeeld
worstenbroodjes, gebak of kerstpudding verhit of
opwarmt.
Volg de bijbehorende aanwijzingen in de
gebruikershandleiding.
Voorkomen van letsel.
WAARSCHUWING:
Gebruik de oven niet indien deze is beschadigd of
niet normaal functioneert. Controleer voor gebruik
het volgende:
a) Controleer of de deur goed sluit en niet krom of
anders beschadigd is.
b) Controleer of de scharnieren en
deurvergrendelingen niet gebroken zijn of
loszitten.
c) Controleer of de deurafdichtingen en
afdichtingsvlakken niet zijn beschadigd.
d) Controleer of er geen deuken in de ovenruimte of
in de deur zitten.
e) Controleer of het netsnoer en de stekker niet
beschadigd zijn.
Als de deur of de afdichtingen beschadigd zijn, mag
de oven niet gebruikt worden totdat hij door een
NL – 5
NL – 5