Overige bedieningen
Optionele
audiocomponenten
gebruiken
1
Bereid de geluidsbron voor.
Sluit een extra audiocomponent
aan met behulp van een analoge
kabel (niet bijgeleverd) op de
AUDIO IN-aansluiting van het
apparaat.
2
Druk herhaaldelijk op
VOLUME tot "VOL MIN"
wordt afgebeeld op het
display.
3
Selecteer de AUDIO IN-
functie.
Druk op AUDIO IN.
4
Start de weergave.
Begin met het weergeven van de
aangesloten component en stel het
volumeniveau in.
Opmerking
Het systeem kan automatisch in de stand-
bystand worden gezet als het volumeniveau
van de aangesloten component te laag is.
Stel het volumeniveau van de component
in. Zie "De automatische stand-bystand
uitschakelen" (pag. 29).
Regeling van het geluid
Om
Drukt u op
De geluids-
VOLUME +/.
sterkte in te
stellen
Een
BASS BOOST.
dynamischer
geluid te
genereren
EQ +/EQ
Een
geluidseffect
herhaaldelijk tot het
in te stellen
gewenste geluidseffect
wordt afgebeeld.
21
NL