Descargar Imprimir esta página

Trix ELD4 NS Serie Manual De Instrucciones página 3

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 8
Informations relatives au modèle réel
Au milieu des années 1970, les chemins de fer néerlandais
avaient besoin de nouveau matériel roulant pour la modernisa-
tion du trafic voyageurs rapide. Ce pays à la population dense
a besoin de trains flexibles, capables d'assumer le trafic dans
les agglomérations urbaines. C'est ainsi qu'à partir de 1977-1994
furent mises en service au total 144 automotrices - la famille des
«Koploper» - pouvant être facilement attelées et dételées aux
différents arrêts. Il parut également important de permettre aux
voyageurs de passer d'une unité dans l'autre durant le trajet. La
cabine de conduite fut donc sans hésitation déplacée à l'étage
supérieur et les faces frontales des automotrices furent dotées
de passages d'intercirculation. Cet aménagement confère aux
«Koploper» une allure massive, inhabituelle.
Les «Koploper» furent construites par les firmes Talbot, CEM
Oerlikon et Holec et furent immatriculées par les chemins de fer
nationaux néerlandais dans les séries 4000 et 4200, qui se dis-
tinguent entre autres par une motorisation différente. Il y a peu
de temps, les «Koploper» ont fait l'objet de diverses mesures de
modernisation, telles que climatisation et aménagements divers
adaptés aux handicapés.
Ces automotrices, qui peuvent atteindre une vitesse de 160 km/h,
circulent dans les livrées classiques des NS, mais sont
également volontiers utilisées comme supports publicitaires tel
qu'actuellement par exemple pour les jeux olympiques 2008 de
Pékin. Les Koploper sont certainement une conception réussie
de la technologie des véhicules sur rails et leur allure inhabitu-
elle imprime sans aucun doute sa marque au trafic voyageurs
des Pays Bas.
Informatie over het voorbeeld
Voor de modernisering van het snelle reizigersverkeer heeft de
Nederlandse Spoorwegen midden jaren 1970 nieuw materieel
nodig. In het dichtbevolkte land zijn flexibel inzetbare treinen
noodzakelijk om het verkeer in de agglomeraties aan te kunnen.
Daarom worden van 1977 tot 1994 in totaal 144 treinstellen,
de familie Koploper, in dienst gesteld, die bij stations snel en
gemakkelijk te scheiden en te koppelen zijn. Belangrijk bleek
ook het de reizigers mogelijk te maken tijdens het rijden van de
ene eenheid naar de andere te wisselen. Daarom werd resoluut
de cabine een etage naar boven verplaatst en de motorstellen
werden met overgangen in de fronten voorzien. Deze inrichting
verleent de Koplopers een stoere, buitengewone verschijning.
De Koplopers werden door de firma's Talbot, CEM Oerlikon en
Holec gebouwd en werden door de Nederlandse Spoorwegen
als serie 4000 en 4200 opgenomen, die zich o.a. door verschil-
lende motoriseringen onderscheiden. Tot voor kort werden de
Koplopers aan een moderniseringsgolf onderworpen, waarin ze
met airco en inrichtingen voor gehandicapten uitgerust werden.
De treinstellen, die maximaal 160 km/h kunnen halen, zijn in de
klassieke kleurenschema"s van de NS onderweg, maar worden
ook graag als reclame-oppervlak gebruikt, zoals actueel voor de
Olympische Spelen 2008 in Peking. De Koplopers zijn stellig een
succesvolle ontwikkeling in de railvoertuigtechnologie en met
hun ongewone uiterlijk bepalen ze duidelijk het reizigersverkeer
in Nederland.
3

Publicidad

loading

Este manual también es adecuado para:

22355