Informations concernant la locomotive réele
La presque totalité des puissantes locos-tenders
du type T5 achetées par les chemins de fer royaux wür-
tembergeois furent reprises par la Deutsche Reichsba-
hn sous la dénomination série 75. 89 locos, sur les 96
fabriquées furent reprises par la Deutsche Bundesbahn.
Ce n'est qu'en 1968 que la dernière machine, la 75
042, conservée jusque-là comme machine de musée,
fut mise à la ferraille.
Ces machines du type 131 T développaient une
puissance de 880 CV et leur vitesse maxima était de
80 km/h. Elles assuraient le trafic omnibus rapide sur
de courtes lignes principales ainis que sur des lignes
secondiares importantes. A l'occasion, on les rencon-
trait également à la tête de trains express légers ou de
trains de marchandises.
Informatie van het voorbeeld
De voormalige Königlich Württembergische Staats-
eisenbahnen schaften de zeer krachtige tenderloco-
motieven van de serie T5 aan. Deze serie werd bijna
compleet door de Deutsche Reichsbahn overgenomen
en kreeg de aanduiding BR 75. Van de oorspronkelijke
96 machines kwamen er zelfs nog 89 naar de Deutsche
Bundesbahn. Pas in 1968 werd het laatste exemplaar,
de 75 042, die tot dan bewaard was voor museumdoe-
leinden, gesloppt.
De machines hadden de asopstelling 1'C1' en beschik-
ten over een geïndiceerd vermogen van 880 pki en een
maximale snelheid van 80 km/h. Ze waren niet alleen
ingezet in de snelle reizigersdienst op korte hoofd- en
belangrijke zijlijnen, maar trokken bij glegenheid ook
lichte sneltreinen en geoderentreinen.
3