Instructies met betrekking tot reclamaties
• Natuurlijke slijtageverschijnselen en schade door overmatige belasting vormen geen redenen tot
reclamatie.
• Schade die door een onvakkundig gebruik is ontstaan, is geen reden tot reclamatie.
• Schade die door een verkeerde montage of ingebruikname is ontstaan, is geen reden tot reclamatie.
• Schade die door onvakkundige veranderingen aan het product is ontstaan, is geen reden tot reclamatie.
• Roestvlekken, die door een onvoldoende onderhoud of onvakkundige behandeling kunnen ontstaan, vormen
geen gebreken.
• Krassen zijn normale slijtageverschijnselen en geen productgebreken.
• Vochtig geworden textiel dat niet wordt gedroogd, kan beschimmelen. Dit is geen productgebrek.
• Onder invloed van zonlicht, zweet, reinigingsmiddelen, slijtage of veelvuldig wassen kan de stof verbleken.
Dit is onvermijdelijk en vormt geen gebrek.
• Versleten banden zijn een normaal verschijnsel en vormen geen reden tot reclamatie.
1. Openklappen van de wagen
a. Maak de transportvergrendeling los.
b.Trek de duwstang naar boven, tot het onderstel vastklikt.
LET OP! Verzeker u er voor het gebruik van dat alle vergrendelingen
gesloten zijn.
2. Verstellen van de duwstang in de hoogte
Houd de knoppen aan de duwstang ingedrukt, terwijl u de stang in de gewenste positie brengt.
3. Aanbrengen en verwijderen van de achterwielen
a. Druk de knop aan het einde van de as in en steek deze in het wiel.
b. Druk de knop aan het einde van de as in en steek deze met het wiel in de houder aan het frame.
c. Om het wiel te verwijderen, houdt u de knop aan het einde van de as ingedrukt en trekt u deze
vervolgens uit de houder.
4. Aanbrengen en verwijderen van het voorwielblok
a. Druk de knop aan het einde van de as in en steek deze in het voorwielblok.
b. Druk de knop aan het einde van de as in en steek deze met het voorwielblok in de houder aan het frame.
c. Om het voorwielblok te verwijderen, houdt u de knop aan het einde van de as ingedrukt en trekt u deze
vervolgens uit de houder.
5. Vastzetten en zwenken van het voorwielblok
Druk op de knop om het voorwielblok in de zwenkstand te zetten. Druk nogmaals op de knop om het
voorwielblok vast te zetten.
6. Vast- en loszetten van de rem
a. Druk de knop van de handrem in om de parkeerrem te activeren.
b. Om de vastzetrem weer los te zetten, houdt u de knop ingedrukt en trekt u de remhendel naar achteren.
7. Verstellen van de vering
a. Draai de veerafdekking naar links of rechts om de hardheid van de vering in te stellen.
b. De drie hardheidsgraden zijn aan de vering gemarkeerd.
LET OP! Verzeker u ervan dat beide veringen op dezelfde hardheid zijn
ingesteld, voor u de wagen gebruikt.
NL - 22