Publicidad
Série S/Sa
46 locomotives-tender de la série Sa ont été construi-
tes entre 1908 et 1916 par des fabriques à Motala,
Falun et par NOHAB, sous l'ancienne dénomination
de série S. Grâce à la disposition symétrique de ses
essieux, cette machine pouvait rouler dans les deux
sens à 80 km/h. D'un poids total oscillant entre 60
et 63 T et avec une charge par essieu de seulement
14 T, elle était capable de s'adapter facilement à
beaucoup de situations. Elle fit ses preuves en trafic
de voyageurs comportant beaucoup d'arrêts sur
de courtes lignes principales et en trafic de banlieue
autour des grandes villes. Du fait de l'électrification
croissante, beaucoup de machines furent déjà, à
partir de 1930, vendues à des chemins de fer privés.
En 1942, après la nationalisation, elles revinrent
cependant aux SJ à l'exception des locomotives de
la TGOJ. Renumérotées à nouveau dans la série S,
les locomotives ont assuré du service régulier jusqu'en
1964, date à laquelle les radiations débutèrent pour
s'achever en 1973.
Quelques machines échappèrent au ferrailleur et
furent «sauvées» au Musée du Chemin de Fer.
Restaurées à l'état authentique de différentes épo-
ques, quelques-unes d'entre elles sont même en
état de marche.
Serie S/Sa
46 tenderlocomotieven van de serie Sa werden tus-
sen 1908 en 1916 bij de fabrieken in Motala, Falun
en bij NOHAB gebouwd, oorspronkelijk als serie S.
Met de symmetrische asopstelling was de machine
in beide richtingen maximaal 80 km/h snel, met een
totaal gewicht tussen 60 t en 63 t en met een aslast
van slechts 14 t goed wendbaar. Ze bewees zich in
het personenverkeer met de vele stops op kortere
hoofdlijnen en in het buurtverkeer binnen het gebied
van de grote steden. Met de toenemende elektrifi-
catie werden reeds vanaf 1930 vele machines aan
particuliere maatschappijen verkocht, maar ze kwa-
men na de nationalisering van 1942 weer aan de SJ,
met uitzondering van de locs van de TGOJ. Onder
de weer terugveranderde aanduiding S waren de
locs tot 1964 in de reguliere dienst, de buitendienst-
stelling voltrok zich tot 1973.
Enkele locomotieven ontliepen de verschroting en
werden door museumbanen „gered". Ze zijn volgens
verschillende tijdperken authentiek gerestaureerd en
voor een deel zelfs bedrijfsvaardig.
3
Publicidad
