6. Onderhoud en schoonmaken
s s s s s Reinigen van de filters
• Maak de filters schoon met behulp van een stofzuiger. Als u niet de
beschikking heeft over een stofzuiger, klop de filters dan lichtjes tegen
een hard voorwerp zodat al het stof en vuil eruit valt.
• Als de filters heel erg vuil zijn, was deze dan in lauw water. Als u was-
middel gebruikt, zorg dan dat dit hierna grondig wordt weggespoeld en
laat de filters goed drogen voordat u deze weer plaatst.
Voorzichtig:
• Droog de filters nooit in direct zonlicht of met behulp van een warm-
tebron zoals een straalkacheltje of een haardroger; hierdoor kun-
nen de filters kromtrekken.
• Was de filters nooit in heet water (meer dan 50
nen de filters kromtrekken.
• Let erop dat de filters altijd zijn geïnstalleerd als u het apparaat
gebruikt. Gebruik van het apparaat zonder de filters kan leiden tot
beschadiging ervan.
Voorzichtig:
• Voordat u begint met schoonmaken, moet u het apparaat stoppen
en de stroomvoorziening UITzetten.
• Binnenapparaten zijn uitgerust met filters om stof uit ingezogen
lucht te verwijderen. Reinig de filters volgens de hieronder aange-
geven methodes.
7. Problemen en oplossingen
Heeft u een probleem?
De airconditioner verwarmt of koelt niet goed.
Als het verwarmingsbedrijf start wordt de warme lucht niet snel uit het binnen-
apparaat geblazen.
Tijdens de verwarmingsstand stopt de airconditioner voordat de ingestelde
ruimtetemperatuur is bereikt.
Als de luchtstroomrichting wordt veranderd, gaan de kleppen altijd voorbij
de instelpositie omhoog en omlaag voordat ze uiteindelijk bij de eindpositie
stoppen.
Er klinkt een geluid van stromend water of zo nu en dan een sissend geluid.
Er klinkt een krakend of knarsend geluid.
De ruimte heeft een onaangename geur.
Uit het binnenapparaat wordt een witte mist of damp uitgestoten.
Er komt water of damp uit het buitenapparaat.
Het bedrijfssymbool verschijnt niet in het display van de afstandsbedie-
ning.
"
" verschijnt in het display van de afstandsbediening.
Als u de airconditioner kort nadat deze is gestopt opnieuw start, zal deze
niet functioneren, ook al hebt u de hoofdschakelaar ingedrukt.
46
s s s s s Het filter verwijderen
Voorzichtig:
• U dient bij het verwijderen van het filter voorzorgsmaatregelen te
treffen om uw ogen te beschermen tegen stof. Ook moet u op een
krukje gaan staan om het karwei uit te voeren. Zorg ervoor dat u
niet valt.
• Als het filter is verwijderd, dient u de metalen delen van het appa-
raat voor binnengebruik niet aan te raken, om letsel te voorkomen.
I SEZ-KD·VAL
°
C); hierdoor kun-
• Til de filterknop omhoog en trek er aan.
A Luchtinlaat
Hier is de oplossing. (Het apparaat functioneert normaal.)
I Reinig het filter. (De luchtstroom wordt verminderd als het filter vuil of
verstopt is.)
I Controleer de temperatuurafstelling en stel de temperatuur in.
I Let erop dat er rond het buitenapparaat voldoende ruimte is. Is de luchtin-
of –uitlaat van het binnenapparaat geblokkeerd?
I Staat er een deur of raam open?
I Er wordt pas warme lucht geblazen als het binnenapparaat voldoende is
opgewarmd.
I Bij een lage buitentemperatuur en een hoge luchtvochtigheid kan er op
het buitenapparaat ijsafzetting ontstaan. Als dit het geval is, voert het
buitenapparaat het ontdooiingsbedrijf uit. Na ongeveer 10 minuten dient
normaal bedrijf te beginnen.
I Als de luchtstroomrichting wordt veranderd, gaan de kleppen na het
detecteren van de basispositie naar de ingestelde positie.
I Deze geluiden kunnen worden gehoord als er koelstof in de airconditioner
stroomt, of als de stroom van de koelstof verandert.
I Deze geluiden kunnen worden gehoord als er ten gevolge van
temperatuursveranderingen delen uitzetten of inkrimpen en daardoor
langs elkaar gaan wrijven.
I Het binnenapparaat zuigt lucht aan die gassen afkomstig uit wanden,
tapijt en meubilair bevat en tevens geuren uit kleding, en blaast deze
dampen in de ruimte terug.
I Indien de binnentemperatuur en de luchtvochtigheid hoog zijn, kan deze
omstandigheid zich bij het begin van het bedrijf voordoen.
I Tijdens het ontdooien kan een koele luchtstroom naar beneden worden
geblazen die eruitziet als mist.
I Tijdens het koelen kan er water worden gevormd en van de koelpijpen
en –verbindingen druppelen.
I Tijdens het verwarmen kan er op de warmtewisselaar water ontstaan en
naar beneden druppelen.
I Tijdens het ontdooien kan het water op de warmtewisselaar verdampen,
waardoor er waterdamp wordt uitgestoten.
I Zet de hoofdschakelaar aan. In het scherm van de afstandsbediening
verschijnt nu " ".
I Tijdens centrale besturing verschijnt "
bediening en kan de airconditioner met de afstandsbediening worden
gestart of gestopt.
I Wacht ongeveer drie minuten.
(Het bedrijf is gestopt om de airconditioner te beschermen.)
B
D
B Luchtuitstroomopening
" in het display van de afstands-
A
C
D
C Filter
D Knop