INFORMATIE VOOR DE INSTALLATEUR
4. Installatie
De drukverhogingsgroep moet met geschikte werktuigen verplaatst worden waarbij er vermeden moet
worden dat er ergens tegenaan gestoten wordt; de oogbouten van de motor mogen niet voor het
ophijsen gebruikt worden. Vóór de installatie moet gecontroleerd worden of de groep tijdens het tran-
sport niet beschadigd is. De drukverhogingsgroep moet in een goed geventileerde ruimte geïnstalleerd
worden waarbij er voldoende ruimte (0,5 m) aan de zijkanten en aan de voorkant overgelaten moet wor-
den voor onderhoud. De reservoirs kunnen op de groep of op de vloer geïnstalleerd worden. De groep
moet op een vlakke en stevige ondergrond neergezet worden.
Slangen
De slangen die op de groep aangesloten zijn moeten geschikte afmetingen hebben (de diameter van de
verzamelleiding dient voorzover mogelijk aangehouden te worden). Om spanningen te vermijden wordt
geadviseerd om uitzetbare verbindingen en geschikte steunen voor de slangen te monteren. Er kan een
willekeurig uiteinde van de verzamelleiding gebruikt worden waarbij het uiteinde dat niet gebruikt wordt
afgesloten moet worden.
Het gewicht van de slangen en de reservoirs neemt toe als zij met water gevuld zijn.
LET OP
Vóór het starten moet gecontroleerd worden of alle aansluitingen die niet gebruikt
worden afgesloten zijn en goed aangedraaid zijn.
Beveiliging tegen drooglopen
De schakelkasten voorzien in de mogelijkheid om een vlotterschakelaar aan te sluiten of een drietal
sonde-elektroden (toepasbaar voor open tanks) of een minimum drukregelaar op de aanzuigzijde (ge-
adviseerde waarde 0,2 – 0,4 bar). Voor de aansluitingen verwijzen wij naar het elektrische schema van
de schakelkast. Het inschakelen van de beveiliging kan vertraagd worden door op de regelingen van de
schakelkast in te werken. Als de minimum drukomstandigheden hersteld worden, worden de pompen
automatisch gestart. De beveiliging functioneert niet op de handbediende werkingsstand en op de be-
sturingsstand door middel van keuzeschakelaars.
LET OP
De groepen worden met uitgeschakelde beveiliging geleverd (fabriekswaarde).
Maximum drukbeveiliging
Alleen driefase model: een drukregelaar op de persleiding en aangesloten op de driefase schakelkast
kan de overdruktoestand waarnemen en de pompen stoppen, zowel op de automatische als op de
handbediende stand.
Keuze van het reservoir
Voor een doeltreffende werking moet de groep op een membraantank aangesloten worden. Het beno-
digde volume kan over meerdere reservoirs verdeeld worden.
Het optimale volume wordt door middel van de volgende formule berekend:
V = volume in liter
Q= gemiddelde opbrengst van een pomp in m3/h
P1 = startdruk in bar
DP = differentiaaldruk ( P1s-P1) in bar
N = maximum aantal starts per uur
Luchttoevoer
De drukverhogingsgroepen met balkeerkleppen op de aanzuigleiding voorzien in de mogelijk om een
luchttoevoersysteem aan te sluiten; de aansluiting voor de leiding moet in de buurt van de balkeerklep
aangebracht worden. Bij sommige modellen verticale pompen wordt een adapter meegeleverd om de
aansluiting op de afvoerstop op de voet van het pomplichaam aan te brengen.
nl
61