Meta System LEGOS1 Manual Del Usuario página 60

ALARMBEVEILIGINGEN
De alarmcentrale beveiligt de motorfiets tegen het starten en er wordt een alarmcyclus veroorzaakt wanneer:
- de contactsleutel van de motorfiets in de stand ON gedraaid wordt.
- er getracht wordt een door de specifieke contacten beveiligd onderdeel te verwijderen of te verplaatsen (bijvoorbeeld als het zadel of
de pakjesruimte geopend wordt, ...
- de motorfiets verplaatst wordt.
FUNCTIE TEGEN BEROVING
Om deze functie te kunnen gebruiken moet u een extra afstandsbediening bij uw installateur aanvragen. Hiervoor moet u hem de code
op de bij het product geleverde rode CODE CARD geven. Specificeer ook dat hij deze afstandsbediening als afstandsbediening nr. 7 moet
coderen. Verzeker u er eveneens bij uw installateur van dat de verbindingen met betrekking tot de motorblokkering alleen op de
startinrichting zijn uitgevoerd.
Na de afstandsbediening eenmaal geactiveerd te hebben (zie speciale procedure) wordt er, 20 sec. na de toets van deze
afstandsbediening ingedrukt te hebben, een alarmcyclus van 3 minuten geactiveerd. Ongeveer 30 sec. na deze toets ingedrukt te
hebben wordt ook de motorblokkering geactiveerd waardoor de motorfiets niet meer gestart kan worden nadat hij uitgezet is.
Tijdens de alarmcyclus worden alle andere afstandsbedieningen door de centrale genegeerd, en alleen door middel van de
afstandsbediening nr. 7 kan de functie tegen beroving uitgesloten worden.
STOP MODE - BEPERKING VAN DE STROOMOPNAME
De centrale gaat vanzelf uit om het stroomverbruik van de accu van de motorfiets te beperken waarbij het alarmdeel uitgesloten wordt
maar toch de motorblokkering gegarandeerd wordt: in deze toestand is er geen stroomverbruik.
De STOP MODE wordt geactiveerd na 5 dagen dat de centrale met de afstandsbediening of automatisch ingeschakeld is maar er tijdens
deze periode geen alarmen gedetecteerd zijn;
- als de accu van de motorfiets bijna leeg is.
NL
Om de STOP MODE te verlaten moet de contactsleutel in de stand ON gedraaid worden: de sirene maakt een serie BEEP geluiden en
om het systeem uit te schakelen moet er binnen 5 sec. op de toets van de afstandsbediening gedrukt worden. Als er 5 sec. verlopen
zonder dat de toets van de afstandsbediening ingedrukt wordt, vindt er een alarmcyclus plaats.
NOODKNIPPERLICHTEN:
Door middel van de afstandsbediening kunnen de knipperlichten van het motorvoertuig geactiveerd worden.
Druk 2 maal de toets 1 van de afstandsbediening in met de contactsleutel in de stand ON, om ze te activeren.
Druk 1 maal de toets 1 van de afstandsbediening in met de contactsleutel in de stand ON, om ze te deactiveren.
N.B.: Met vanaf de afstandsbediening geactiveerde knipperlichten en contactsleutel in de stand OFF kan het alarm ingeschakeld
worden waardoor automatisch de interne verplaatsingssensor uitgesloten wordt.
60