bepaler de precieze plaats ervan bepalen. Raadpleeg voor
gedetailleerde instructies over het traceren van de sonde
de handleiding van de door u gebruikte plaatsbepaler.
De positie van de SeeSnake-duwroede
traceren
Met de LT1000 kunt u ook het traject van de duwkabel
onder de grond traceren, met behulp van een gewone
RIDGID-plaatsbepaler zoals de NaviTrack® II, de Scout™,
de SR-20 of de SR-60. Voor het leidingtraceren van de
SeeSnake-duwkabel, sluit u gewoon een plaatsbepa-
lingszender aan met één connector goed geaard op de
aardingspin en de andere connector vastgeklemd op
de clip-on-zenderaansluiting. De clip-on-zenderaan-
sluiting is een metalen uitsteeksel dat zich net onder
het linkeruiteinde van het toetsenbord bevindt, zoals
getoond in figuur 27.
Figuur 27 – LT1000 Clip-on-zenderaansluiting
Stel de plaatsbepalingszender en de plaatsbepaler in
op dezelfde frequentie, bijvoorbeeld 33kHz, en gebruik
vervolgens de plaatsbepaler om de leiding te traceren
(figuur 28). Het is mogelijk dat de ingebouwde 512Hz-
sonde van de camera gelijktijdig ingeschakeld is. Als uw
plaatsbepaler is uitgerust met de SimulTrace™-functie
voor twee frequenties, kunt u de duwkabel volgen tot
de locatie van de camera en vervolgens de sonde in de
camera traceren wanneer u deze bovengronds nadert.
Als u niet over de SimulTrace™-functie beschikt, kunt u
ook een plaatsbepalingszender en een plaatsbepaler ge-
bruiken om de duwkabel te traceren. Wanneer het signaal
zwakker wordt, schakelt u de plaatsbepaler om op de fre-
quentie van de leidingsonde, gewoonlijk 512Hz. Neem
vervolgens het signaal vanaf de positie waar de leiding-
frequentie begon te verzwakken en traceer vervolgens
de leidingsonde. Omdat het traceren van frequenties van
zenders kan leiden tot vervorming van het beeld op de
monitor, kunt u het beste de sonde- en plaatsbepalings-
zender uitschakelen terwijl u de binnenkant van een lei-
SeeSnake® LT1000
ding inspecteert en ze alleen inschakelen wanneer u de
positie van de sonde of de duwkabel wilt traceren.
Figuur 28 – De positie van de duwkabel traceren
Onderhoudsinstructies
Reinigen
WAARSCHUWING
Controleer alvorens de LT1000 te reinigen of alle
snoeren en kabels losgekoppeld zijn en de batterij
verwijderd is om de kans op elektrische schokken
te minimaliseren.
Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of schuur-
middelen op de LT1000. Reinigen met een vochtige
doek. Zorg ervoor dat er geen vloeistof binnendringt
in de LT1000.
Hulpstukken
WAARSCHUWING
De volgende toebehoren zijn specifiek geschikt voor
het gebruik met de LT1000. Andere toebehoren, die
geschikt zijn voor ander gereedschap, kunnen ge-
vaarlijk zijn als ze op de LT1000 gebruikt worden. Om
het gevaar voor een ernstig letsel te beperken, mag
u enkel de toebehoren gebruiken die specifiek zijn
ontworpen en aanbevolen voor de LT1000, zoals de
toebehoren in de volgende lijst.
Catalogusnr.
Beschrijving
US
EU
32743
28218
18V oplaadbare lithium-ionbatterij
27958
32073
Batterijlader
Transport en opslag
Verwijder de batterijen vóór verzending. Niet bloot-
stellen aan schokken of stoten tijdens transport. Verwij-
der de batterijen wanneer het apparaat gedurende lan-
gere tijd niet gebruikt wordt. Berg het apparaat op bij
een temperatuur tussen 14°F en 158°F / -10°C en 70°C.
93