Informatie over het voorbeeld
Als het nieuwe paradepaard van de Deutsche Bundesbahn, zo
werd in 1965 op de internationale verkeerstentoonstelling in
München, de nieuwe serie E 03 aan het publiek getoond. Met
een maximumsnelheid van 200 km/h maakte deze sneltrein loco-
motief kortere reistijden mogelijk op de toen bestaande
TEE-verbindingen en het in opbouw zijnde intercity-net.
Het markante onderscheid tussen de voorserie en de serie
E 03 locomotieven is het aantal luchtroosters aan de zijkant.
Terwijl de serieuitvoering 10 van deze roosters aan elke zijkant
heeft, waren de eerste modellen met slechts
5 luchtroosters uitgevoerd.
Het continu vermogen van de voorserie kwam op bijna
6 000 kW. Hiermee werd bij het testen een snelheid van meer
dan 280 km/h bereikt.
Asindeling
lengte over de buffers
maximumsnelheid
dienstgewicht
nominaalvermogen
bouwjaar vanaf
4
CoCo
19 500 mm
200 km/h
110 t
6420kW (8730 pk)
1965
Informaciones sobre el modelo real
En la Exposición Internacional del Transporte de 1965, celebrada
en Munich, se presentó al público la serie de nuevo diseño E03
como buque insignia de los Ferrocarriles Federales (DB). Con
una velocidad máxima de 200 km/h, esta locomotora de tren de
viajeros permitía agilizar la frecuencia de paso de trenes en las
líneas de TEE por aquél entonces existentes o bien en la red de
Intercitys, que se encontraba en fase de expansión.
La diferencia más destacada entre la versión de preserie y
la versión de serie de la E 03 está en el número de rejillas de
ventilación laterales. Mientras que la posterior versión de serie
posee 10 de estos elementos por lado, los primeros modelos
estaban equipados con solo 5 rejillas de ventilación.
La potencia permanente de los modelos de preserie es de casi
6.000 kW. Esta potencia permitió lograr en los tests velocidades
superiores a 280 km/h.
Disposición de los ejes
Longitud incluidos topes
Velocidad máxima
Masa de servicio
Potencia nominal
Año de fabricación a partir de
Co`Co`
19 500 mm
200 km/h
110 t
6420 kW (8730 CV)
1965