Joie i-Gemm 3 Manual De Instrucciones página 42

!
Waarschuwingen om de babydraagmodule niet te gebruiken in het
werkingsgebied van een airbag.
!
Denk eraan dat de naar achteren kijkende babydraagmodule alleen
mag worden geïnstalleerd op naar voren kijkende passagiersstoelen.
Het installeren van het babyzitje met gebruik van de veiligheidsgordel
van de vliegtuigstoel:
1. Plaats de babydraagmodule tegengesteld aan de vliegrichting nop
de passagiersstoel.
2. Zorg ervoor dat de draaggreep in de bovenste stand staat.
3. Plaats de veiligheidsriem in beide lichtgroene riemgeleiders.
4. Sluit de veiligheidsriem (raadpleeg de veiligheidsinstructies van de
luchtvaartmaatschappij).
5. Maak de veiligheidsriem vast door aan het riemuiteinde te trekken.
!
De gesp van de veiligheidsriem mag in geen geval binnen de
lichtgroene riemgeleiders liggen.
Verwijdering:
Open de veiligheidsriem van de passagiersstoel (raadpleeg de
veiligheidsinstructies van de luchtvaartmaatschappij).
Nu kunt u het babyzitje van de passagiersstoel halen.
Handvataanpassing
1
2
3
71
2
1
Het handvat van de babydraagmodule is in 3 standen instelbaar.
!
Stand voor vervoer per auto, met de hand of in de wandelwagen.
Druk om het handvat in te stellen op de handvatknoppen aan
weerskanten om het vrij te geven en draai het handvat vervolgens tot
het in een van de 3 standen klikt.
Installatie met voet
ISOFIX-installatie zie afbeeldingen
1. Vouw de steunvoet uit het opslagvak.
2. Voorzie de ISOFIX-geleiders van de ISOFIX-ankerpunten.
ISOFIX-geleiders voorkomen dat het oppervlak van de autostoel
gescheurd wordt. Ze kunnen tevens de ISOFIX-aansluitingen
geleiden.
3. Draai de ISOFIX-aansluitingen 180 graden tot ze in de richting van
de ISOFIX-geleiders wijzen.
4. Lijn de ISOFIX-aansluitingen uit met de ISOFIX-ankerpunten en klik
beide ISOFIX-aansluitingen in de ISOFIX-ankerpunten.
!
Controleer of beide ISOFIX-aansluitingen stevig vast zitten aan hun
ISOFIX-ankerpunten. U moet twee klikken horen en de kleuren van
de indicatoren op beide ISOFIX-aansluitingen moeten groen zijn.
-1
4
!
Controleer of de voet goed vast zit door aan beide ISOFIX-
connectoren te trekken.
5. Nadat de voet op de stoel is geplaatst, moet u de steunvoet op de
vloer laten zakken . Als de indicator voor de steunvoet groen
5
wordt, is hij goed geplaatst; rood betekent dat hij onjuist is geplaatst.
-3
5
!
De steunvoet heeft 24 standen. Als de steunvoetindicator rood is,
betekent dit dat de steunvoet in de verkeerde stand staat.
!
Zorg ervoor dat de steunvoet volledig in contact is met de vloer van
het voertuig.
-
1 11
1
3
4
De
2
72