17. Apparaat uitpakken en opstellen
Het apparaat voorbereiden
De verpakking moet onbeschadigd zijn.
Controleer het apparaat op
transportschade.
Neem een beschadigd apparaat in geen
geval in gebruik.
Im Schadensfall den Kundendienst
kontaktieren
www.ggv-service.de.
OPGELET
BESCHADIGINGSGEVAAR!
Gebruik geen scherpe messen of andere
puntige voorwerpen bij het openen om
beschadiging van het apparaat te voorkomen.
Het apparaat plaatsen
Plaats het verwarmingsapparaat op
•
minimaal 50 cm afstand van meubels of
andere voorwerpen.
Gebruik dit apparaat niet in de buurt
•
van een badkuip, douche, wastafel of
zwembad
WAARSCHUWING
BRANDGEVAAR!
•
Om het brandgevaar te verminderen,
dient u textiel, gordijnen of andere
brandbare materialen op minstens 1 m
afstand van de luchtuitlaat te houden.
Het apparaat tijdens of
•
kort na gebruik nooit
afdekken.
18. Reiniging en onderhoud
Regelmatige reiniging en onderhoud van het
apparaat beschermt niet alleen het milieu en
bespaart energie, maar verlengt ook de
levensduur. De volgende beschrijving geeft
waardevolle tips.
Laat het apparaat vóór elke reiniging
•
volledig afkoelen.
Trek de stekker altijd uit het
•
stopcontact voordat u het apparaat
reinigt.
Reinig de luchtinlaat-/uitlaatroosters
•
regelmatig met een droge doek.
WAARSCHUWING
Het apparaat
op een gemakkelijk bereikbare plaats,
•
op een vlakke, droge en voldoende
•
stabiele ondergrond plaatsen.
plaats het niet aan de rand van een
•
oppervlak.
•
Plaats geen voorwerpen op het
apparaat.
Stel apparaat nooit bloot aan hoge
•
temperaturen (verwarming, enz.) of
weersinvloeden (regen, enz.).
17.1.
Apparaten inschakelen
1. De draaiknop vermogensniveaus (4) van
A (uit) op de gewenste ventilatie
draaien.
A= uit
B= koude stand zonder warmte
C= I 1000 watt vermogen
D= II 2000 watt vermogen
2. Met de draaiknop temperatuurregeling
(2) (van links naar rechts), de gewenste
temperatuur instellen.
Regeling van de temperatuurregelaar
Als de ruimte de gewenste temperatuur heeft
bereikt, draait u de temperatuurregelaar (2)
tegen de klok in totdat het apparaat uitschakelt
en niet verder draaien.
Op deze manier wordt de ingestelde
temperatuur automatisch geregeld.
Zomerstand (alleen ventilatie)
De draaiknop vermogensniveaus (4) op positie
B draaien en de ventilatie start.
Oscillatie
Druk op de oscillatie-knop (5) en de
ventilatorbladen draaien van links naar rechts.
GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE
SCHOK!
Koppel het apparaat los van het
•
stroomnet.
Dompel het apparaat of
•
afstandsbediening nooit onder in water
om te reinigen.
Gebruik geen stoomreiniger voor het
•
reinigen.
Het verwarmingsapparaat is uitgerust
•
met een veiligheidsvoorziening, die het
verwarmingsapparaat uitschakelt in
geval van onopzettelijke oververhitting
(bijv. verstopping van de luchtinlaat-
en uitlaatroosters, langzame of geen
rotatie van de motor). Om te resetten,
haalt u het stekker een paar minuten
NL
Pagina | 27