All manuals and user guides at all-guides.com
OBJ_BUCH-757-004.book Page 113 Wednesday, December 10, 2008 4:33 PM
Laad het accupack 13 niet na elk gebruik op,
omdat anders de capaciteit ervan verminderd
wordt. Laad het accupack alleen op als de oplaa-
dindicatie 12 knippert of continu brandt.
Een duidelijk kortere gebruiksduur na het opla-
den geeft aan dat het accupack versleten is en
moet worden vervangen.
Als het accupack leeg is, kunt u het meetgereed-
schap ook met behulp van het oplaadapparaat
21 gebruiken, als dit op het stroomnet is aange-
sloten. Schakel het meetgereedschap uit, laad
het accupack ca. 10 minuten op en schakel ver-
volgens het meetgereedschap met het aangeslo-
ten oplaadapparaat weer in.
Als u het accupack 13 wilt vervangen, draait u de
vergrendeling 16 in stand
cupack 13 naar buiten.
Zet een nieuw accupack in en draai de vergren-
deling 16 in stand
.
Neem het accupack uit het meetgereed-
schap als u het gedurende lange tijd niet ge-
bruikt. Accu's kunnen roesten of hun lading
verliezen als deze lang worden bewaard.
Indicatie oplaadtoestand
Als de oplaadindicatie 12 voor het eerst rood
knippert, kan het meetgereedschap nog onge-
veer 2 uur worden gebruikt.
Als de oplaadindicatie 12 continu rood brandt,
zijn er geen metingen meer mogelijk. Het meet-
gereedschap wordt na 1 minuut automatisch
uitgeschakeld.
Energievoorziening laserontvanger
Gebruik uitsluitend alkali-mangaan-batterijen.
Druk op de vergrendeling 24 van het batterijvak
en klap het batterijvakdeksel 34 open.
Let bij het inzetten van de batterij op de juiste
poolaansluitingen overeenkomstig de afbeel-
ding in het batterijvak.
Nadat de batterij-indicatie b voor het eerst in
het display 32 is verschenen, kan de laseront-
vanger nog ongeveer 3 uur worden gebruikt.
Neem de batterij uit de laserontvanger als u
deze gedurende lange tijd niet gebruikt. De
batterij kan roesten of zijn lading verliezen
als deze lang wordt bewaard.
Bosch Power Tools
Gebruik
Ingebruikneming rotatielaser
Voorkom heftige schokken of vallen van het
meetgereedschap. Na sterke externe inwer-
kingen op het meetgereedschap dient u,
voordat u de werkzaamheden voortzet, altijd
een nauwkeurigheidscontrole uit te voeren
(zie „Waterpasnauwkeurigheid rotatielaser",
pagina 117).
Stel het meetgereedschap niet bloot aan
extreme temperaturen of temperatuur-
schommelingen. Laat het bijvoorbeeld niet
lange tijd in de auto liggen. Laat het meetge-
reedschap bij grote temperatuurschomme-
en trekt u het ac-
lingen eerst op de juiste temperatuur komen
voordat u het in gebruik neemt. Bij extreme
temperaturen of temperatuurschommelin-
gen kan de nauwkeurigheid van het meetge-
reedschap nadelig worden beïnvloed.
Meetgereedschap opstellen
Stel het meetgereedschap op een stabiele
ondergrond in de horizontale of verticale stand
op, monteer het op een statief 48 of op de muur-
houder 43.
Vanwege de hoge nivelleernauwkeurigheid rea-
geert het meetgereedschap zeer gevoelig op tril-
lingen en verplaatsingen. Let daarom op een
stabiele positie van het meetgereedschap om
onderbrekingen van het gebruik door opnieuw
nivelleren te voorkomen.
Nederlands | 113
Horizontale
stand
Verticale
stand
1 609 929 R48 | (10.12.08)