Aansluitingen en instellingen
Wij raden aan om kabels van het type FROR 2 x 0,5 mm te gebruiken.
D
Aansluiting van één paar fotocellen.
E
Aansluiting van twee paar fotocellen.
F G
Aansluiting van meerdere paren fotocellen (max. 8).
Stel elk paar fotocellen RX-TX met zijn eigen adres in via DIP (1-2-3).
Gebruik de DIP (4) van de fotocel TX om het bereik in te stellen; 10 m (4 op OFF) of 20 m
(4 op ON)
Gebruik de DIP (4) van de fotocel RX om de normale werkingsmodus (4 op OFF) of de
modus uitlijning / controle BUS-communicatie in te stellen (4 op ON).
Nadat u de uitlijning en de communicatie BUS heeft gecontroleerd, stel DIP 4
van de fotocel RX opnieuw in op OFF.
In geval van een installatie met fotocellen van een ander type, is het raadzaam
de zenders TX en de ontvangers RX afwisselend te installeren, zoals afgebeeld in
E
fi guur
Status-indicatieleds
Werking modus normaal RX-TX [DIP 4 OFF fot. RX]
① ②
LED
(rosso)
Aan
Knippert
Uit
RX-TX uitgelijnd
Er wordt een adres ingesteld dat reeds ingesteld is
in een ander koppel fotocellen
- RX-TX niet uitgelijnd
-Het paar RX-TX heeft niet hetzelfde adres
- Signaal fotocellen onderbroken door een obstakel
Signalering