NL
Informatie m.b.t. de veiligheid
Let op: verbrandingsgevaar
Let voor en tijdens het gebruik op of de thermostaat
correct functioneert. Kinderen en volwassenen met
sensorische beperkingen mogen het product niet zonder
toezicht gebruiken.
Toepassingsgebied
Thermostaatkranen zijn ontworpen om op een
constante temperatuur water aan te voeren. Geschikt
als warmwatervoorziening zijn zowel boilers als geisers.
De elektrische boiler of geiser moet een vermogen
hebben van ten minste 18 kW of 250 kcal/min.
Veilige begrenzing van de max. temperatuur bij de wateruitlaat
door voorgeschakelde thermostaten bij elke gebruikelijke
wastafelkraan (thermische beveiliging tegen verbranding).
Thermostaten kunnen niet bij lagedrukboilers
(open warmwatertoestellen) worden gebruikt.
Alle thermostaten worden in de fabriek met een aan beide
kanten heersende stromingsdruk van 3 bar afgesteld.
Als bijzondere installatievoorwaarden een afwijkende
temperatuur geven, moet de thermostaat op die plaatselijke
omstandigheden worden afgesteld (zie Afstellen).
Technische gegevens
• Minimale stromingsdruk met nageschakelde
weerstanden:
• Max. Werkdruk:
• Aanbevolen stromingsdruk:
• Testdruk:
• Capaciteit bij 3 bar stromingsdruk:
• Max. temperatuur bij warmwateringang:
• Thermische desinfectie is mogelijk
• Voorafstelling:
• Max. mengwatertemperatuur:
• Minimumcapaciteit:
*1
Gemeten bij een temperatuur van de warmwater-
voorziening van ten minste 60 °C en bij gelijkblijvende druk
koud/warm.
Voor het nakomen van de geluidswaarden dient men bij
statische drukken boven 5 bar een drukregelaar in te bouwen.
Installeren
Let op de maattekening op zijde 1.
Leidingen vóór en na het installeren grondig
spoelen (EN 806 in acht nemen)!
Voor montage en veilige bevestiging van de terugslagklep
wordt de aansluitset [bestelnr. 47 533, zie zijde 2] of de slang
[bestelnr. 45 704] aanbevolen.
Als montagehulp bij kranen met koperen buizen raden
wij u aan een flexibele drukslang [bestelnr. 45 120, zie zijde 2]
voor de aansluiting te gebruiken.
De thermostaat op de hoekafsluiter schroeven, zie zijde 3,
afb. [1].
Aansluiting op de toiletkraan, zie zijde 4 afb. [2a] en [3a].
Aansluiting op mengkraan, zie zijde afb. [2b] en [3b].
Open de koud- en warmwatertoevoer en controleer
de aansluitingen op eventuele lekkages.
Afstellen
Voor ingebruikname en na elk onderhoud van de
thermostaatkardoes moet de thermostaat worden afgesteld.
Bij toiletkranen moet de mengwatertemperatuur worden
ingesteld op de thermostaatkardoes.
Bij mengkranen moet op de thermostaatkardoes de maximale
warmwatertemperatuur worden ingesteld.
Temperatuurinstelling, zie zijde 5
Attentie bij vorst
Bij het aftappen van de waterleidinginstallatie dient
de thermostaat apart te worden afgetapt, omdat zich in de
koud- en warmwateraansluiting terugslagkleppen bevinden.
Daarbij dient de thermostaat van de aansluitingen te worden
afgekoppeld.
Thermische desinfectie
Thermische desinfectie kan worden uitgevoerd met de
bijgeleverde sleutel, zonder dat de ingestelde temperatuur
daarbij wordt gewijzigd. Het wordt aangeraden om nadien niet
opnieuw af te stellen.
Thermische desinfectie, zie zijde 5
- Begin door de sleutel naar links te draaien.
De spoeltijd tijdens de thermische desinfectie is afhankelijk
van de watertemperatuur. Let hierbij op nationale normen.
- Eindig door de sleutel naar rechts te draaien tot aan
de aanslag.
1 bar
Onderhoud
10 bar
1 tot 5 bar
Controleer alle onderdelen, reinig en vervang ze indien nodig.
16 bar
Sluit de koud- en warmwatertoevoer af.
ca. 20 l/min
I. Terugslagklep, zie zijde 5
70 °C
II. Thermostaatkardoes, zie zijde 5
39 °C
- Ontkoppel de thermostaatkardoes via de uitsparing (A),
*1
43 °C ±2 °C
indien nodig. Zie detail.
= 5 l/min
Montage in omgekeerde volgorde.
Inbouwpositie van de thermostaatkardoes in acht nemen,
zie detail (B).
Na elk onderhoud aan de thermostaatkardoes moet u deze
opnieuw afstellen (zie Afstellen).
Montage in omgekeerde volgorde.
Om de veiligheid tegen verbranding duurzaam te kunnen
garanderen, dient de kraan elk jaar aan een
veiligheidscheck te worden onderworpen.
Als de temperatuur te hoog is, moet deze opnieuw worden
afgesteld (zie Afstellen).
Reserveonderdelen, zie zijde 2
(* = speciaal toebehoren).
Reiniging
De aanwijzingen voor de reiniging van deze kraan vindt
u in het bijgaande onderhoudsvoorschrift.
12