1 handgreep
1 lans met spuitmond
1 complete waterkoppeling
1 zeskantsleutel D4
1 instructieboekje
6 Aanwijzingen voor de gebruiker
6.1 Veiligheidsvoorschriften
OPGELET - Het niet naleven van de volgende
veiligheidsvoorschriften kan leiden tot letsel of
beschadiging van de apparatuur.
6.1.1
Controles die uitgevoerd moeten worden
voordat de machine wordt gestart.
Controleer vóór het gebruik van de machine of alle
beschermende voorzieningen goed geplaatst zijn en
in goede toestand verkeren.
6.2 Verboden werkzaamheden
Het is verboden om afstel-,
smeerwerkzaamheden te
machine ingeschakeld is.
6.3 Opleiding
Alle gebruikers moeten een professionele opleiding ontvangen en
praktijklessen op de machine volgen. Deze opleiding moet het
volgende benadrukken:
De noodzaak aandachtig en geconcentreerd te werken;
Het gebruik verbieden aan kinderen en mensen met een handicap
Het pistool en de gehele lans stevig vasthouden
Het toestel niet op ongelijke/oneffen vloeren gebruiken
De straal niet op mensen of dieren richten
De straal niet op onderdelen onder spanning richten
De stekker niet verwijderen door aan het snoer te trekken
Geen elektrische verlengkabels gebruiken
De machine nooit met defecte beschermingen gebruiken
7 Gebruik van de hogedrukreiniger
7.1 Hydraulische aansluiting
Verbind het toestel met de watervoorziening met behulp van
een
leiding
van niet
meegeleverde snelkoppeling). Sluit de hogedrukslang op de
machine en op de lans aan door de schroefkoppelingen met
diameter M22 stevig vast te draaien. Monteer de vlakke
spuitmond op het eindstuk.
7.2 Elektrische aansluiting
Steek de stekker in het stopcontact na gecontroleerd te
hebben dat de hoofdschakelaar van de machine en die van
het elektriciteitsnet in de "OFF"-stand staan.
Opgelet: controleer of de voedingsspanning en -frequentie
die de machine vereist overeenkomt met die van het
elektriciteitsnet (zie het typeplaatje dat op de machine is
aangebracht).
Opgelet
:
het
stopcontact
aardlekschakelaar conform de geldende voorschriften.
7.3 Schakelborden
De machine is uitgerust met het schakelbord getoond in
onderstaande figuur, voorzien van:
onderhouds- en/of
verrichten wanneer de
"
minder dan
1/2
(gebruik
moet
beschermd
zijn
door
Hoofdschakelaar met drie standen (uit / koud / heet)
Wit controlelampje
Groen controlelampje
Oranje controlelampje
Rood controlelampje
7.4 Tanks
Vul de tanks met hun producten: dieselolie (grote vulopening),
ontkalkingsmiddel (kleine vulopening). Elke tank heeft in de
buurt van zijn vulopening een identificatielabel.
7.5 Starten
Open de kraan van de waterleiding. Draai de hoofdschakelaar
naar de middelste stand die overeenkomt met koud water,
pak de lans stevig beet en druk op de hendel van de
handgreep (herhaaldelijk indien nodig) om de lucht uit de
leiding af te voeren.
Draai, wanneer de straal regelmatig is geworden, de
hoofdschakelaar naar de tweede stand om de ketel in te
schakelen.
Bij de eerste start van de ketel kan een lichte rook vrijkomen
die veroorzaakt wordt door de aanwezigheid van lucht in de
leidingen.
7.6 Werkwijze
Wacht
tot
behandeling van het onkruid wordt bereikt, wat aangegeven
wordt door het branden van het groene controlelampje.
Houd de machine niet met werkende ketel in bedrijf
als de hendel van de handgreep niet bediend wordt
7.7 Uitschakelen
Plaats, voordat u de machine afzet, de hoofdschakelaar in de
middelste stand die overeenkomt komt met koud water en laat
dit weglopen. Dit voorkomt kalkafzettingen.
7.8 Meldingen
De aanwezige controlelampjes geven informatie over de
de
werking of de storingen van de machine.
. Wit controlelampje: spanning aanwezig.
.
Groen
bedrijfstemperatuur voor de behandeling van het onkruid is
bereikt.
.
Oranje
ontkalkingsmiddel aan.
. Rood controlelampje: overmatige temperatuur, automatische
uitschakeling van ketel.
8 Routineonderhoud
OPGELET - Tijdens routine-onderhoud, reiniging of
buitengewoon
een
persoonlijke
worden.
de
optimale
bedrijfstemperatuur
controlelampje:
geeft
aan
controlelampje:
geeft
het
onderhoud
moeten
beschermingsmiddelen
voor
de
dat
de
optimale
gebrek
aan
de
juiste
gedragen