1.
Voorwoord
Deze gebruiksaanwijzing dient door elke gebruiker bij een eerste ingebruikname zorgvuldig gelezen te worden.
Deze gebruiksaanwijzing moet het de gebruiker gemakkelijk maken het apparaat, hijsgereedschap te leren
kennen en voor de juiste doeleinden toe te passen.
De gebruiksaanwijzing geeft belangrijke informatie voor een zeker, juist en verstandelijk gebruik van het
apparaat/ hijsgereedschap. Uw opmerkzaamheid helpt gevaren te vermijden, reparatiekosten en uitval te
verminderen en de betrouwbaarheid en levensduur van het apparaat/hijsgereedschap te verhogen.
De gebruiksaanwijzing moet altijd in de buurt van het gebruik beschikbaar zijn. Naast de gebruiksaanwijzing en
in het land van gebruik en inzetplaats geldende veiligheidsvoorschriften moeten ook de erkende regels voor
veilig en vakkundig werken in acht worden genomen.
Dit werktuig is onderhevig aan de verplichte periodieke controles door een bevoegd
controleorganisme overeenkomstig de bepalingen van EN13155 + A2.
Controleer bij levering of bij afhaling uit onze magazijnen steeds de staat van het werktuig
op volledigheid en eventuele beschadigingen.
2.
Gebruiksvoorwaarden
Het werktuig mag enkel gebruikt worden volgens onderstaande bepalingen.
Eventueel misbruik en hieruit voortvloeiende ongevallen zijn voor rekening van de gebruiker.
1.
Dit werktuig is enkel te gebruiken voor de toepassing waarvoor het ontworpen is, namelijk voor het
verplaatsen van Big-Bag hijsevenaars met vier (4) bevestigingslussen in combinatie met een hijsmiddel;
2.
Behandelen van lasten/materialen op dragers en/of hulp-of hijsmiddelen waarvoor dit werktuig niet is
ontworpen is strikt verboden;
3.
Het werktuig is ontworpen voor het behandelen van slechts één (1) Big-Bag hijsevenaar per beweging.
Het is ten strengste verboden meerdere Big-Bag hijsevenaar in te haken;
4.
Het werktuig mag NOOIT gebruikt worden voor het hijsen of verplaatsen van personen;
5.
Het nominale hijsvermogen (maximale werklast of WLL) mag nooit overschreden worden;
6.
Het werktuig mag nooit in een defecte of onvolledige toestand worden, noch mogen er wijzigingen aan
de constructie worden aangebracht;
7.
De normale gebruikstemperatuur bedraagt -20 tot +60 °C en het werktuig mag enkel gebruikt wordenin
een explosievrije omgeving;
8.
Voorzie een veilige opbergpositie voor het werktuig bij niet gebruik om beschadigingen te vermijden.
3.
Veiligheidsvoorschriften
Algemene veiligheidsvoorschriften
1.
Het werktuig mag alleen gebruikt worden door gekwalificeerd personeel welke de gebruiksaanwijzing
heeft gelezen en begrepen;
2.
Bij het gebruik van het werktuig dienen steeds de geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen
gedragen te worden. Veiligheidshelm, veiligheidsschoenen en werkhandschoenen zijn het strikte
minimum;
3.
Enkel de bedienaars van het werktuig mogen zich in het werkgebied bevinden;
4