Boordiepte instellen
Om verschillende gaten in dezelfde diepte te
boren gebruikt u de dieptegeleider (2).
Draai de ondersteunende handgreep los
zodat de dieptegeleider naar voren en achter
getrokken kan worden in de houder.
Laat het uiteinde van de dieptegeleider
meebewegen met het uiteinde van de boor.
Duw de dieptegeleider zo ver naar achter als
de vereiste gatdiepte.
Vergrendel de dieptegeleider door de
ondersteunende handgreep weer vast te
zetten.
Richting kiezen
Kies de richting (links of rechts) door de
schakelaar (8) te gebruiken.
Wijzig de boorrichting alleen als de
klauwplaat niet beweegt.
Selectie boor/boorhamer
De boorhamerfunctie kan alleen gebruikt
worden wanneer de schakelaar naar rechts
staat (rotatie rechtsom voor schroeven
of boren). Gebruik de selector (3) om de
boorhamer in te stellen op boorhameren of
gewoon boren.
Selecteer boorhamer voor metselwerk, steen
en cement.
Selecteer standaardboor voor hout, metalen,
marmer, tegels, kalkcement of synthetische
materialen en voor los-/aandraaien van
schroeven.
66
Boortjes vervangen
Draai de twee ringen op de
zelfvergrendelende klauwplaat van de boor
in de richting van elkaar om de klembekken
van de klauwplaat los te draaien.
Plaats het boortje en draai deze aan door
de ringen in tegenovergestelde richting te
draaien. Controleer of het boortje in het
midden van de klauwplaat zit en bevestigd
is.
Gebruik
Plaats een boortje dat geschikt is voor het
werk.
Start de boor door op de aan/uit-knop (7) te
drukken.
Stop de boor door de aan/uit-knop los te
laten. Het duurt even voor de klauwplaat
volledig stilstaat.
Continu gebruik
U kunt de boorhamer continu laten draaien
door de vergrendelknop (5) in te drukken
terwijl tegelijkertijd de aan/uit-knop wordt
ingedrukt. Hierna kunt u beide knoppen
loslaten en draait de boorhamer continu.
Om de boorhamer te stoppen, drukt u de
aan/uitknop in om de vergrendelknop vrij te
geven.