• Zorg ervoor dat bodems schoon en droog
zijn voordat de pannen op de kookplaat
worden gezet.
• Schuif of wrijf de pan niet over het
keramische glas, om krassen te
voorkomen.
Pannen gemaakt van geëmailleerd staal
of met aluminium of koperen bodems
kunnen tot verkleuringen van de glazen
keramische kookplaat leiden.
Warmte-instel‐
Gebruik om het volgende te
ling
doen:
Houd gekookt voedsel warm.
- 1
1 - 2
Hollandaisesaus, smelten: boter, cho‐
colade, gelatine.
2
Stollen: luchtige omeletten, gebakken
eieren.
2 - 3
Zachtjes aan de kook brengen van rijst
en gerechten op melkbasis, reeds be‐
reide gerechten opwarmen.
3 - 4
Stoofgroenten, vis, vlees.
4 - 5
Stoom aardappelen en andere groen‐
ten.
4 - 5
Kook grotere hoeveelheden voedsel,
stoofschotels en soepen.
6 - 7
Zacht bakken: escalope, kalfscordon
bleu, koteletten, rissoles, worstjes, le‐
ver, roux, eieren, pannenkoeken, do‐
nuts.
7 - 8
Flink bakken, hash browns, lendenbief‐
stuk, steaks.
9
Kook water, kook pasta, schroei vlees (goulash, braadpan), frituur frietjes.
7. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
6.2 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De gegevens in de tabel dienen alleen
als richtlijn.
Tijd
Tips
(min)
indien no‐
Doe een deksel op het kookgerei.
dig
5 - 25
Roer af en toe.
10 - 40
Kook met een deksel erop.
25 - 50
Voeg minimaal twee keer zo veel
vocht toe als rijst en roer gerechten op
melkbasis halverwege de procedure
door.
20 - 45
Voeg een paar eetlepels water toe.
Controleer de hoeveelheid water tij‐
dens het proces.
20 - 60
Bedek de bodem van de pan met 1-2
cm water. Controleer het waterpeil tij‐
dens het proces. Houd het deksel op
de pan.
60 - 150
Tot 3 liter vloeistof plus ingrediënten.
indien no‐
Draai om wanneer nodig.
dig
5 - 15
Draai om wanneer nodig.
7.1 Algemene informatie
• Reinig de kookplaat na elk gebruik.
• Gebruik altijd kookgerei met een schone
bodem.
NEDERLANDS
13