Opmerking: de regelaar kan er
anders uitzien, afhankelijk van uw
land.
2
3
7
Figuur 1
De onkruidverbrander
voorbereiden
1. Sluit de goedgekeurde slang (7) aan op
de schroefdraad (2) van de regelaar (1).
Haal de moer aan met een sleutel.
2. Sluit het andere einde van de slang aan
op de handgreep van de brander (3) en
draai deze goed aan met een sleutel.
3. Controleer voor gebruik met lekspray of
zeepwater of de aansluitingen afgedicht
blijven onder druk. Vervang de gasslang
na 5 jaar of als u een lek vermoedt, zoals
wettelijk verplicht.
4. Zorg dat de onkruidverbrander is
uitgeschakeld. De afstelknop/het ventiel
(4) moet rechtsom worden gedraaid om
te stoppen.
5. De regelaar moet op de gas� es zijn
geplaatst.
1
4
6
Opstarten vóór gebruik van de
onkruidverbrander
•
Draai de onkruidverbrander van u weg
en omlaag.
•
Draai de afstelknop bovenop de regelaar
half open. Open de afstelknop (4) op de
handgreep dan voorzichtig totdat u een
licht sissend geluid hoort van stromend
gas bij de brandkop.
•
Druk een keer, of vaker, op de piëzo-
aansteker (5) totdat een vonk de vlam
ontsteekt. Stel daarna de waakvlam in op
een geschikt niveau met de afstelknop
(4). Als het gas niet ontvlamt, kan dit
komen doordat de gastoevoer te groot
is. Als dit het geval is, verminder dan de
gastoevoer met de afstelknop (4), en
controleer of de piëzo-elektrode in de
brandkop een vonk maakt als u deze
indrukt (5).
8
5
NL
43