Descargar Imprimir esta página

Horizont ranger AN480 Manual De Instrucciones página 9

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 16
3. Ingebruikname
Het apparaat met de drukknop
(fig.1) inschakelen.
1
Het apparaat geeft impulsen aan de afrastering af en de led-weergave gaat
branden.
Als er geen led gaat branden (ook niet de statusled
leeg, of het apparaat of de 120-240V-transformator defect.
Ingebruikname transformator:
apparaat start automatisch na verbinding met de stroomvoorziening. Na 1
seconde is een gelijkmatig tikken in het ritme van de impulsen hoorbaar; het
apparaat werkt.
Het apparaat geeft impulsen aan de afrastering af en de led-weergave gaat
branden. Gaat de status-led niet branden, dan is de stroomvoorziening defect.
Controle van de aarding:
Op ca. 50 m afstand van de schrikdraadinstallatie wordt met een in de grond
geslagen metalen staaf tegen de schrikdraad (geen kunststof) kortsluiting
veroorzaakt. De schrikdraadinstallatie zou nu alleen nog maximaal 1 led
(vochtige bodem) of maximaal 2 leds (droge bodem) (fig. 5 LED 9 en 8) tot
branden brengen. In andere gevallen moet het aantal en/of de lengte van de
aardpalen worden verhoogd.
4. Beschrijving van de bediening
Accu:
De accuweergave (fig.1 LED 2) geeft informatie over accu- of batterijspanning.
Spanning afrastering:
de 6 leds (LED4 - LED9) geven de uitgangsspanning van de afrastering in stappen van 1.000V weer. De weergave bouwt
vanaf links op.
Voor een goede bewaking moeten ten minste 3 leds (3.000V) gaan branden, anders is de spanning te laag.
Mogelijke oorzaken:
● Met afrastering: overwoekering van de afrastering, slechte isolatoren, kortsluiting via metalen palen of afrastering te lang.
● Zonder afrastering: Het apparaat is defect, zie service
Energiebesparende functie:
een ingebouwde stroomspaarschakeling past het stroomverbruik automatisch aan de toestand van de afrastering aan.
Dit betekent minder stroomverbruik bij goed geïsoleerde afrasteringen en een hoger stroomverbruik bij slecht geïsoleerde
afrasteringen (geleiding door begroeiing etc.).
5. Onderhoud
Let op!
Bij gebruik van een zonnepaneel
Batterij- of accutest alleen voor het begin van de dag uitvoeren ( zonder stroomtoevoer door zonnepaneel -
paneel afdekken)
16
) dan is de12V-accu
6. Demonteren, uit elkaar nemen, opslaan en transporteren
Demonteren, uit elkaar nemen
Vóór het begin van het demonteren:
● apparaat uitschakelen.
● Alle energievoorzieningen van het apparaat loskoppelen.
● Brandstof en hulpstoffen zoals achtergelaten producten verwijderen en milieuvriendelijk afvoeren.
Vervolgens componenten en onderdelen vakkundig reinigen en onder inachtname van de geldende ongevalspreventie- en
milieubeschermingsverordeningen uit elkaar nemen.
Opslaan, transporteren
U moet erop letten dat het apparaat in uitgeschakelde toestand wordt opgeslagen en getransporteerd.
AANWIJZING!
U moet erop letten dat accu's in geventileerde en droge ruimtes worden opgeslagen.
7. Storing en reparatie
WAARSCHUWING!
Reparaties mogen uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd.
Gebruik uitsluitend de reserveonderdelen die door de fabrikant zijn goedgekeurd.
Technische wijzigingen voorbehouden!
Klokfrequentiebewaking
Het apparaat beschikt over een frequentiecontrole om te voorkomen dat ontoelaatbare energie aan het afrastering wordt
afgegeven of klokimpulsen uitblijven en de bewaking niet meer gegarandeerd kan worden. Als de frequentie zakt tot onder
de 1 seconde of als er binnen meer dan 5 seconden geen impulsen volgen, dan knippert de LED3 rood. Mogelijke oorzaken
zijn blikseminslag, constante vonkoverslag op het afrastering of een defect apparaat. De frequentiecontrole werkt, om een zo
groot mogelijke veiligheid te bereiken, volledig autonoom van de impulsen, wat bij bepaalde bedrijfsstanden tot een foutieve
weergave kan leiden. Als de frequentiecontrole ook na een herstart van het apparaat en in de bedrijfsstand „Normaal" een
fout aangeeft, dan moet het apparaat voor reparatie naar ons worden verzonden.
De CONTROL LED (LED1) brandt groen, als het apparaat storingsvrij is. Als de led rood brandt, is er een fout opgetreden.
Tabel 14
Fout
Led
niet alle leds van de spanningsweergave van het afraste-
Bewakingsspanning te laag
ring branden groen
Overwoekering, kortsluiting
niet alle leds van de argutectorweergave branden groen
aan het afrastering
ranger AN480
Oplossing
Stand Normaal instellen
afrastering van geleidende fac-
toren (begroeiing, kortsluiting,
etc.) bevrijden
17

Publicidad

loading

Este manual también es adecuado para:

10852