Installatie
Plaatsing
Zet de machine op de door u gekozen plaats. De machine
kan met de zijkant en achterkant tegen de muur en aan-
grenzende kastjes worden geplaatst. De aan- en afvoer-
buizen van het water kunnen naar rechts of naar links
worden gericht.
Het horizontaal zetten
Plaats de machine, draai aan de stelvoetjes om ze losser of
vaster te draaien voor het regelen van de hoogte, indien
noodzakelijk, en zet hem met een waterpas perfect hori-
zontaal, of in ieder geval niet meer dan 2° hellend.
Een goede waterpas positie garandeert het perfect functio-
neren van de vaatwasser.
Aansluiting aan de koudwaterkraan
De aansluiting aan de waterleiding mag uitsluitend worden
uitgevoerd met de aanvoerbuis die bij het apparaat is bij-
geleverd; gebruik geen ander soort buis. Als onderdelen
moeten worden vervangen mogen alleen originele onder-
delen worden gebruikt.
Sluit de aanvoerbuis aan een koudwaterkraan aan met een
schroefdraad van ¾ gas en schroef hem goed vast aan de
kraan.
Als de waterleiding nieuw is of lange tijd niet gebruikt, laat
dan eerst water lopen voordat u de aansluiting tot stand
brengt, totdat het water helder is en zonder vuiltjes. Zonder
deze voorzorg zou de watertoevoer verstopt kunnen raken
met schade aan de machine.
Aansluiting aan de warmwaterkraan
De vaatwasser kan worden voorzien van warm water uit de
kraan (centrale verwarming, radiatoren) dat niet warmer mag
zijn dan 60°C.
In dit geval wordt de tijdsduur van de afwas verkort met
ongeveer 15 minuten en de doeltreffendheid enigszins ver-
minderd.
Het aansluiten aan de warmwaterkraan moet op dezelfde
wijze worden uitgevoerd als het aansluiten aan de koud-
waterkraan.
Beveiliging tegen overlopen
Uw vaatwasser is voorzien van een systeem dat de water-
toevoer stopt op het moment dat er lekkage optreedt in de
machine zelf. De machine is bovendien voorzien van een
watertoevoerslang die bestendig is tegen zeer hoge druk
en die rood van kleur wordt wanneer hij breekt. De
beveiliging tegen overlopen wordt gegarandeerd door de
tweede, doorzichtige slang die zich om de toevoerslang heen
bevindt.
Het is erg belangrijk dat u de slang regelmatig
controleert. Als u ziet dat hij rood is, weet u dat u hem zo
snel mogelijk moet vervangen. Bel een bevoegde installateur
voor deze ingreep.
NL
All manuals and user guides at all-guides.com
50
Aansluiting aan de afvoerbuis
Steek de slang in een
afvoerleiding
met
een
minimum doorsnee van 4cm,
of hang hem in de gootsteen.
of hang hem in de gootsteen.
Vermijd knellingen of scherpe
bochten. U kunt hem het
beste plaatsen als u de speciale
bijgeleverde plastic bocht ge-
bruikt (zie afbeelding). Het
stuk van de slang met de letter
A moet zich op een hoogte
tussen 40 en 100 cm bevinden.
De buis mag niet onder water liggen.
Belangrijk: de speciale plastic bocht moet aan de muur
worden vastgemaakt om te voorkomen dat de afvoerbuis
beweegt en water knoeit buiten de afvoerleiding.
Elektrische aansluiting
Steek de stekker in een randgeaard stopcontact (het aarden
van de installatie is een veiligheidsmaatregel die is voorge-
schreven door de wet), nadat u heeft gecontroleerd dat de
spanning en frequentie van uw net corresponderen met die
zijn aangegeven op het typeplaatje dat zich op de stalen
binnendeur bevindt, en dat uw net is gedimensioneerd voor
de maximum stroomsterkte die is aangegeven op het type-
plaatje. Als de stekker niet in het stopcontact past moet
deze laatste vervangen worden met een die wel past; ge-
bruik geen adaptors of dubbelstekkers aangezien die
verhitting of schroeien kunnen veroorzaken.
In het geval dat de voedingskabel geschadigd raakt moet u
zich voor het vervangen hiervan uitsluitend tot een erkende
Installateur wenden.
BELANGRIJK
De stekker van de vaatwasser moet bereikbaar blijven zodat
eventueel onderhoud in alle veiligheid kan worden
uitgevoerd.
A