STAP 6
LED #4 : BLAUW
LADEN
4
Laadstatus:
50% - 75%
STAP 7
LED #5 : BLAUW
S
OPTIMALI-
5
SEREN
(gepulste
absorptie /
laatste lading)
Laadstatus:
75% - 100%
STAP 8
LED #6:GROEN
TEST na laden
STAP 9
LED #6 / 7 / 8
OPTIMATE
24-7
24-7
24/7
ONDERHOUD
Voor accu's in een gezonde
conditie blijft LED #6 (groen)
Uitzondering: STD
nattecel-accu's met vuldoppen
hebben een lager volledig
geladen voltage: LED #6 blijft
samen met led #7 branden.
ZEER PLATTE, VERWAARLOOSDE ACCU'S:
het voertuig verwijderd en gecontroleerd te worden voordat een poging wordt ondernomen om de accu te herstellen.
De TURBO-herstelmodus van de lader kan niet worden ingeschakeld wanneer de lader detecteert dat de accu nog steeds is
aangesloten op het bedradingscircuit. De elektrische weerstand van een aangesloten accu is namelijk duidelijk lager dan die van
de accu alleen. Wanneer een diep ontladen accu voorafgaand aan een herstelpoging niet is verwijderd, zal dit echter geen schade
toebrengen aan de elektronica van het voertuig of de accu. Lees aandachtig het volgende: een accu die voor lange tijd diep
ontladen is geweest, kan blijvende schade ontwikkelen in een of meer cellen. Dit soort accu's kan tijdens het opladen met sterke
stroom uitzonderlijk warm worden.
De LAADmodus wordt geactiveerd als de accu meer dan 50% of meer
ontladen is of zodra de accu voldoende hersteld is tijdens STAP 5.
Het programma ampmatic™ voor de monitoring en controle van de laadstroom
bepaalt automatisch de efficiëntste laadstroom voor de aangesloten accu op basis
van de laadtoestand, de conditie van de accu en het opslagvermogen.
De OPTIMALISEERmodus start wanneer de spanning
tijdens de LAADmodus voor de eerste keer 14.4 V (14.7 V) bedraagt tijdens
STAP 6.
Het stroomcontroleprogramma ampmatic™ levert nu stroompulsen om de
individuele cellen in de accu op gelijke spanning te brengen en optimaliseert het
laadniveau.
Het laden zou voltooid moeten zijn binnen de minimale laadtijd die is ingesteld bij
STAP 3. Wanneer de accu nog verder moet worden geladen, verlengt het
programma de OPTIMALISEERmodus tot maximaal 2 uur.
Nota: de laadtijd wordt doorgaans verlengd indien het systeem een hoger dan
verwacht stroomgebruik van aangesloten circuits vaststelt of de conditie van de
accu verre van optimaal is.
Om veiligheidsredenen is de totale laadtijd beperkt tot 72 uur voor STAPPEN 4, 5
en 6.
TEST NA LADEN: De levering van stroom aan de accu wordt gedurende
30 minuten** onderbroken, zodat het programma kan bepalen
6
** ALS het opladen start in de REDDEN-modus (LED # 3), blijft de spanning
7
8
test wordt verlengd tot 12 uur om de batterijstatus te bevestigen.
LED # 6 (groen) blijft branden voor batterijen die een laadstatus van 90% of
hoger kunnen vasthouden kunnen, anders wordt het TEST-resultaat aangepast
lager (LED # 7, LED # 8) in realtime volgens de gemeten batterijspanning.
Raadpleeg de tabel op pagina 2 om de TEST LED-indicatie te matchen met een
geschate laadstatus.
Lees ook de sectie "OPMERKINGEN OVER DE TESTRESULTATEN" hieronder.
Instelling druppellaadspanning: 13.6 V nominaal bij 20 °C (68 °F). De
druppellaadspanning wordt omgekeerd evenredig met de
omgevingstemperatuur geregeld. Dat betekent dat de spanning wordt
verhoogd bij lagere temperaturen en verlaagd bij hogere temperaturen.
Aanpassing: -0.04 V / cel / °C boven of onder 20 °C (68 °F).
De OptiMate 24/7 onderhoudscyclus bestaat uit druppellaadperiodes van 30
minuten gevolgd door telkens een rustperiode van 30 minuten. Tijdens de
rustperiodes is er geen laadstroom. Deze '50% bedrijfscyclus' voorkomt verlies van
elektrolyten in verzegelde accu's en minimaliseert geleidelijk verlies van water uit
de elektrolyt in accu's met vuldoppen, waardoor een significante bijdrage wordt
branden.
geleverd aan het optimaliseren van de levenscyclus van onregelmatig of
seizoensgebonden gebruikte accu's.
Tijdens de druppellaadperiodes wordt een continu LAGE STROOMPULS GELEVERD
OM SULFATERING TE VOORKOMEN, het accuvermogen te vergroten en de
levensduur te verlengen.
Als de OptiMate vaststelt dat de accu spanning heeft verloren, keert het
programma terug naar STAP LADEN.
Als de accu zwaar ontladen (en mogelijk gesulfateerd) is, dient de accu uit
of de accu in staat is om de lading vast te houden.
behouden
ONDERHOUDSCYCLUS: Leds #6/7/8 branden constant
overeenkomstig de laadstatus die tijdens STAP 8 gemeten is.
27
27