nEDErlanDS
8
ouderunit
gebruik op batterijen
De ouderunit werkt op twee oplaadbare 1,2V AAA NiMh-batterijen. Deze worden bij het apparaat
geleverd.
Zorg ervoor dat uw handen en de unit droog zijn wanneer u de batterijen plaatst.
1
Schuif het deksel van het batterijvak omlaag om het te verwijderen (fig. 6).
Plaats de twee oplaadbare batterijen (fig. 7).
Zorg ervoor dat de + en - polen van de batterijen in de juiste richting wijzen.
,
Schuif het deksel van het batterijvak terug op de achterzijde van de ouderunit totdat het
deksel met een klik vergrendelt (fig. 8).
Steek de adapter in een stopcontact en plaats de ouderunit in de oplader (fig. 9).
Het POWER-lampje op de oplader gaat branden.
,
5
Laat de ouderunit in de oplader staan tot de batterijen helemaal zijn opgeladen.
Als u de ouderunit voor de eerste keer oplaadt of lange tijd niet hebt gebruikt:
,
schakel de ouderunit uit en laat deze minstens 10 uur lang ononderbroken
opladen.
Normaal duurt het opladen 8 uur, maar het opladen duurt langer als de ouderunit tijdens het
,
opladen is ingeschakeld. Schakel de ouderunit uit om de oplaadtijd zo kort mogelijk te
houden.
Het POWER-lampje op de oplader blijft branden, ook als de batterijen volledig zijn
,
opgeladen.
Als de batterijen helemaal opgeladen zijn, kunt u de ouderunit uit de oplader halen en deze
,
minstens uur gebruiken.
Opmerking: De gebruikstijd is 24 uur, ervan uitgaande dat de babyunit 25% van de tijd zendt en de rest
van de tijd (wanneer de baby geen geluid maakt) in de stand-bystand staat.
Opmerking: Wanneer de batterijen van de ouderunit voor het eerst worden opgeladen, is de gebruikstijd
minder dan 24 uur. De batterijen bereiken hun maximale capaciteit pas als ze vier keer opgeladen en
leeggebruikt zijn geweest.
Opmerking: Als de batterijen bijna leeg zijn, knippert het batterijcontrolelampje (T) rood. Plaats de
ouderunit in de oplader.
Opmerking: Wanneer de ouderunit niet in de oplader staat, lopen de batterijen geleidelijk leeg, zelfs als
de ouderunit is uitgeschakeld.
gebruik op netspanning
1
Controleer of u de oplaadbare batterijen in de ouderunit hebt geplaatst.
Plaats de adapter van de oplader in het stopcontact en plaats de ouderunit in de
oplader (fig. 9).
Het POWER-lampje op de oplader gaat branden.
,
het apparaat gebruiken
1
Plaats de ouderunit en de babyunit in dezelfde ruimte om de verbinding te testen (fig. 10).
Zorg dat de beide units ten minste 1 meter uit elkaar staan.
Houd de aan/uitknop 3 van de babyunit gedurende 2 seconden ingedrukt. (fig. 11)
Het nachtlampje gaat even branden.
,
Het ON-lampje gaat branden.
,
All manuals and user guides at all-guides.com