Montage van de haak voor kabelopwikkeling
(fi g. 12)
Druk de haak voor de kabelopwikkeling (19) de
houder in. Na gebruik kan de netkabel aan de
haak (19) en aan de kop van het toestel (3) wor-
den opgewikkeld.
5.2 Montage van de fi lters
Aanwijzing!
De nat-/droogzuiger nooit zonder fi lter gebruiken!
Let er wel steeds op dat de fi lter goed vast zit!
Montage van de schuimstoffi lter (fi g. 6)
Voor het natzuigen trekt u de bijgaande schuim-
stoffi lter (15) over de fi lterkorf.
Montage van de extra fi lter (fi g. 7)
Gebruik voor het droogzuigen steeds de bijgele-
verde extra fi lter (18). Monteer de extra fi lter zoda-
nig dat er geen lucht ongefi lterd door de fi lterkorf
(4) wordt gezogen.
Montage van de vuilopvangzak (fi g. 9)
Voor het opzuigen van fi jn droog vuil is het aan te
raden de vuilopvangzak (14) aan te brengen. Trek
de vuilopvangzak (14) over de aanzuigopening.
De vuilopvangzak (14) is enkel geschikt voor het
droogzuigen. Opgezogen stof kan via de vuilop-
vangzak gemakkelijk worden verwijderd.
5.3 Montage van de zuigslang (fi g. 3,10,11)
Verbind naargelang het toepassingsgeval de zu-
igslang (10) met de overeenkomstige aansluiting
van de nat-/droogzuiger.
Zuigen
Sluit de zuigslang (10) aan op de aansluiting zu-
igslang (8).
Blazen
Sluit de zuigslang (10) aan op de blaasaansluiting
(9).
Voor het verlengen van de zuigslang (10) kunnen
een of meerdere elementen van de driedelige
zuigbuis (11) op de zuigslang (10) worden gezet.
Tussen de zuigbuis (10) en de combinatiezuig-
mond (12) resp. voegmondstuk (16) dient het
tussenstuk (17) worden ingestoken.
NL
5.4 Zuigmondstukken
De combinatiezuigmond (12) met inzetstukken is
geschikt voor het opzuigen van vaste stoff en en
vloeistoff en op middelgrote tot grote oppervlak-
ten. Het voegmondstuk (16) is speciaal geschikt
voor het reinigen van voegen en kanten.
6. Bediening
6.1 AAN/UIT-schakelaar (fi g. 1)
Schakelaar staat op 0: UIT
Schakelaar staat op I: AAN
6.2 Droogzuigen
Gebruik voor het droogzuigen de vuilopvangzak
(14) en de extra fi lter (18) (zie punt 5.2).
Let er wel steeds op dat de fi lter goed vast zit!
6.3 Natzuigen
Gebruik voor het natzuigen de schuimstoffi lter
(15) (zie punt 5.2).
Let er wel op dat de fi lter altijd goed vast zit!
Bij het natzuigen gaat de veiligheidsvlotterklep
(fi g. 3/5) dicht, zodra het maximale vulniveau aan
het reservoir is bereikt. Daarbij verandert het aan-
zuiggeluid van het apparaat, het wordt luider.
Schakel dan het apparaat uit en maak het reser-
voir leeg.
Gevaar!
De nat-/droogzuiger is niet geschikt voor het op-
zuigen van brandbare vloeistoff en!
Gebruik voor het natzuigen enkel de bijgaande
schuimstoffi lter!
6.4 Blazen
Verbind de zuigslang (10) met de blaasaanslui-
ting (9) van de nat-/droogzuiger.
- 64 -