warmtebronnen zoals keukenovens, verwarmingsradiatoren en vermijd
direct zonlicht.
WAARSCHUWING! De koelkast dient niet in aanraking te komen met
verwarmings- gas- of waterleidingen of andere elektrische apparaten.
Let erop dat de ventilatieopeningen aan de bovenkant niet afgedekt worden– er moet
•
een goede luchtventilatie rondom de koelkast verzekerd worden. Er dient een ruimte
te zijn van minstens 10 cm tussen de bovenkant van de koelkast en eventuele andere
meubels die boven het apparaat worden geplaatst. Indien deze aanbeveling niet
wordt nageleefd, zal de koelkast meer stroom gebruiken en kan de compressor
oververhit raken.
Indien de koelkast in een hoek wordt geplaatst, dient er een ruimte van minstens 1
•
cm. Afbeelding van de ruimte die nodig is voor het gebruik van de koelkast.
(Zie afb. 3, pagina 1).
De koelkast moet waterpas staan en moet de muur niet aanraken. Indien nodig, kan
•
de hoogte van de koelkast door middel van de afstelpoot
voorkant van de koelkast stijgt als de afstelpoten met de klok mee gedraaid worden
en daalt als deze tegen de klok in gedraaid worden. De deuren sluiten vanzelf als de
koelkast ietwat naar achteren helt. Het is zeer belangrijk dat beide steunen aan de
voorkant zich op hetzelfde niveau bevinden.
De temperatuur in het koelgedeelte wordt bediend door de thermostaatknop 1 (afb. 1)
in de gewenste stand te draaien. De temperatuur wordt naast de thermostaatknop
aangegeven.
De temperatuur wordt op een schaal van 5 cijfers aangegeven.
0 = Compressor is uitgeschakeld. Elektriciteit is niet uitgeschakeld.
1 = hoogste temperatuur (laagste koeling)
5 = laagste temperatuur (hoogste koeling)
Indien de levensmiddelen in het koelgedeelte te koud zijn, zet dan de thermostaatknop
op stand 1, 2 of 3.
worden gekoeld, zet dan de thermostaatknop op stand 3 of 5. Regel de gewenste
temperatuur in de koelkast naar uw eigen wensen!
DE TEMPERATUUR IN HET KOELGEDEELTE KAN IN HOGE MATE BEÏNVLOED
WORDEN
LEVENSMIDDELEN DIE BEWAARD WORDEN EN DOOR DE REGELMAAT
WAARMEE DE DEUR GEOPEND WORDT.
ALS DE OMGEVINGSTEMPERATUUR LAAG IS, ZAL DE KOELKAST MINDER
KOELEN. DE TEMPERATUUR IN DE KOELKAST KAN DAAROM STIJGEN. Gebruik
de thermostaatknop om een lagere temperatuur in te stellen.
DE KOELKAST IS VOORZIEN VAN EEN AUTOMATISCH ONTDOOI-SYSTEEM. IJsdruppels
die zich op de achterwand van het koelgedeelte vormen, dooien wanneer de
TEMPERATUUR INSTELLEN
Indien de levensmiddelen in het koelgedeelte niet voldoende
DOOR
DE
OMGEVINGSTEMPERATUUR,
SCHOONMAAK EN ONDERHOUD
54
ingesteld worden: de
DE
HOEVEELHEID