NEDERLANDS
38
optreden.
Gebruik het apparaat niet met blote voeten o met
natte handen en voeten.
Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het
stopcontact te trekken o om de compressor te
verplaatsen.
Attentie: de compressor kan in geval van black-out
en daaropvolgend herstel van de spanning weer van
start gaan.
Perslucht is een potentieel gevaarlijke
vorm van energie. Het is dan ook nodig om
extreme voorzichtigheid te betrachten bij het
gebruik van de compressor en de accessoires.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door
personen (inclusie kinderen) met beperkte ysieke,
sensorische o geestelijke vermogens o gebrekkige
ervaring en/o kennis, tenzij een voor hun veiligheid
verantwoordelijke persoon toezicht houdt o voora
instructies gegeven heet voor het gebruik van het
apparaat.
Op kinderen dient toezicht te worden gehouden om
te voorkomen dat ze met het product spelen. Instru-
eer kinderen en onbevoegde personen dat zij zich ver
van het apparaat ophouden.
Gebruik de compressor nooit onbewaakt.
Richt de straal nooit van lucht/vloeistoen op men-
sen, dieren o op het eigen lichaam.
Luchtstraal nooit in o op lichaamsopeningen richten;
dit kan dodelijke letsels veroorzaken!
Houd de werkzone leeg.
De werkende compressor moet geplaatst zijn op een
stabiele ondergrond.
Gebruik de compressor uitsluitend in verticale positie.
Let op! De compressor mag slechts met de bijbeho-
rende wielen en rubberen voet in gebruik genomen
worden.
Het gebruik van een veiligheidsbril wordt tijdens
gebruik aangeraden om de ogen te beschermen te-
gen voorwerpen die door de persluchtstraal worden
verplaatst.
Draag bij gebruik van pneumatische accessoires bij
voorkeur veiligheidskleding.
Houd altijd een veiligheidsastand van minstens 4
meter tussen de compressor en de werkzone aan.
Let op! Heen en weer slaande persluchtslang bij het
openen van de snelkoppeling! - Persluchtslang goed
vasthouden.
Gebruik altijd en uitsluitend de handgreep om de
compressor te verplaatsen.
Het gebruik van perslucht voor de verschillende
toegestane gebruiksmogelijkheden (opblazen,
pneumatische gereedschappen, verspuiten, wassen
met reinigingsmiddelen uitsluitend op waterbasis,
nieten, etc.) brengt de kennis en de inachtneming van
de voorschriten die in de azonderlijke gevallen zijn
voorzien, met zich mee.
Deze compressor is gebouwd om met intermitterend
bedrij, zoals aangegeven op het plaatje met tech-
nische gegevens, te werken, (zo betekent bijvoorbe-
eld S3-25 2.5 minuut bedrij en 7.5 minuut rust) om
overmatige oververhitting van de elektromotor te
voorkomen. Als dat mocht gebeuren, grijpt de ther-
mische beveiliging van de motor in door automatisch
de elektrische stroom te onderbreken wanneer de
temperatuur te hoog is. Bij het terugkeren van de
normale temperatuuromstandigheden start de motor
automatisch weer op.
Let op! De compressor nooit met de netstekker in- o
uitschakelen. De compressor met de AAN/UIT-scha-
kelaar bedienen.
Laat de compressor niet de gehele nacht ingescha-
keld staan, het apparaat zou een bron van gevaar
kunnen worden.
Aan het einde van de werkdag altijd d.m.v. de aan/
uit-schakelaar uitschakelen, ketel leeg laten lopen en
de compressor van de stroomtoevoer akoppelen.
Attentie: condenswater dat niet wordt agetapt kan
de tank doen roesten, waardoor de inhoud aneemt
en de veiligheid in gevaar komt.
Stel het apparaat niet aan de weersinvloeden bloot
(regen, zon, mist, sneeuw).
Als deze compressor gebruikt mocht worden in de
open lucht, moet men zich na het gebruik altijd her-
inneren om hem in een overdekte o gesloten ruimte
op te slaan.
Gebruik de compressor nooit buiten als het regent o
onder ongunstige weersomstandigheden.
Plaats geen ontvlambare voorwerpen o voorwer-
pen van nylon en sto in de buurt van en/o op de
compressor.
Sluit de luchtinlaatopeningen van de compressor
niet a.
De compressor mag niet voor industriële doeleinden
in een voertuig ingebouwd worden zonder vooraga-
ande plaatsing door een vakman!
De compressor moet bij industrieel gebruik door een
vakman gecontroleerd worden. Deze controle dient
door de gebruiker in de planning opgenomen te
worden (volgens BetrSichV §§17 nr. 25) (Bedrijsveilig-
heidverordening)
Let op! Voor de inbouw in automatische installaties
dienen geschikte alarm- resp. veiligheidsinrichtingen,
voor het geval van stroomuitval o een outieve unc-
tie o event. uitval van de compressor, geïnstalleerd te
worden (bijv. voerinstallaties etc.).
Gebruik bij lagere temperaturen
Bij lagere temperaturen onder 5° C kan het tot
opstartproblemen komen die zich dan door het
brommen van de elektromotor uiten. In dit geval
dient het apparaat onmiddellijk uitgeschakeld te