Anleitung_GE_EC_720_T_SPK7__ 16.02.15 13:21 Seite 43
beschadigd zijn. Neem nooit een gereedschap in
gebruik dat blijkbaar beschadigd is.
Olietank
Oliepeil van de tank Controleer ook tijdens het werk
of er steeds voldoende olie voorhanden is. Werk nooit
met de zaag als er geen olie voorhanden is of als het
oliepeil onder het minimummerk is gezakt om een
beschadiging van de kettingzaag te vermijden. Een
vulling volstaat gemiddeld voor 10 minuten
naargelang de ingelaste pauzen en de belasting.
Zaagketting
Spanning van de zaagketting, toestand van de
snijkanten. Hoe scherper de zaagketting is des te
gemakkelijker kan u de kettingzaag bedienen en
onder controle houden. Hetzelfde geldt voor de
kettingspanning. Controleer ook tijdens het werk ten
laatste om de 10 minuten de kettingspanning om uw
veiligheid te verhogen! Vooral nieuwe zaagkettingen
neigen tot verhoogd uitzetten.
Beschermende kleding
Draag zeker de gepaste beschermende nauw
sluitende kleding zoals een speciale broek die u
beschermt tegen snijwonden, alsmede
handschoenen en veiligheidsschoenen.
Gehoorbeschermer en veiligheidsbril
Draag een veiligheidshelm met geïntegreerde
gehoor- en gelaatsbescherming. Die biedt
bescherming tegen neervallende dikke takken en
terugschietende takjes.
Veilig werken
Om veilig te werken is een werkhoek van
n
maximaal 60° voorgeschreven (fig. 22).
Nooit onder de te zagen tak gaan staan.
n
Voorzichtig bij het zagen van onder spanning
n
staande takken en splinterend hout.
Mogelijk lichamelijk gevaar door neervallende
n
takken en wegspringende houtstukken!
Als de machine in werking is, personen en dieren
n
weghouden uit de gevarenzone.
Het toestel is bij het aanraken van
n
hoogspanningsleidingen niet beschermd tegen
elektrische schok. Blijf minstens op een afstand
van 10 m tot stroomvoerende leidingen. Er
bestaat levensgevaar door elektrische schok!
Op een helling boven of zijdelings ten opzichte
n
van de te zagen tak staan.
Het toestel zo dicht mogelijk tegen het lichaam
n
houden. Op die manier bewaart u best uw
evenwicht.
Zaagtechnieken
Hou bij het onttakken het toestel in een hoek van
n
maximaal 60° tot de horizontale lijn om niet door
een neervallende tak te worden getroffen (fig. 22).
Zaag eerst de onderste takken van de boom af.
n
Dat vergemakkelijkt het neervallen van de
gesneden takken.
Aan het einde van de snede verhoogt plots het
n
gewicht van de zaag voor de bediener omdat de
zaag niet meer ondersteund is door de tak. Er
bestaat het gevaar de controle over de zaag de
verliezen.
Trek de zaag alleen uit de snede terwijl de
n
zaagketting draait. Zodoende voorkomt u het
vastklemmen.
Zaag niet met de top van het zwaard.
n
Zaag niet de dikke takaanzet. Anders zou dit de
n
wondgenezing van de boom verhinderen.
Kleinere takken afzagen (fig. 20):
Leg het aanslagvlak van de zaag tegen de tak.
Daardoor wordt voorkomen dat de zaag aan het begin
van de snede met rukken beweegt. Leid de zaag met
lichte druk van boven naar beneden doorheen de tak.
Vrij grote en langere takken afzagen (fig. 21):
Maak bij vrij grote takken een ontlastingssnede.
Zaag eerst met de bovenkant van het zwaard van
beneden naar boven 1/3 van de diameter van de tak
door (a). Zaag daarna met de onderkant van het
zwaard van boven naar beneden naar de eerste
snede toe (b).
Zaag de langere takken in secties af om de controle
over de valplaats te behouden.
Terugstoot
Onder terugstoot verstaat men het plots omhoog- of
terugschieten van de draaiende kettingzaag. De
oorzaken zijn meestal het raken van het werkstuk met
de top van het zwaard of het beklemd raken van de
zaagketting.
Bij een terugstoot doen zich onverhoeds grote
krachten voor. Daardoor reageert de kettingzaag
meestal ongecontroleerd. Het gevolg zijn vaak
zwaarste letsels bij de werkman of bij personen in de
omgeving. Het gevaar voor een terugstoot is het
grootst als u de zaag in de zone rond de top van het
zwaard aanzet omdat daar de hefboomwerking het
sterkst is. Zet de zaag daarom steeds zo vlak
mogelijk aan.
Let op!
Let er steeds op dat de ketting correct is
n
gespannen!
Gebruik enkel kettingzagen die in onberispelijke
n
staat verkeren!
NL
43