1) Batterijvak
1! Deksel van het batterijvak
BATTERIJEN PLAATSEN
Er zijn 3 batterijen van het type AAA nodig (worden niet
standaard meegeleverd).
Verwijder het deksel (11) van het batterijvak (10).
Breng 3 alkaline-batterijen van het type AAA in het batterij-
vak aan in overeenstemming met de aangegeven poolaan-
sluiting. Maak het batterijvak met het deksel dicht.
FUNCTIES
De afzonderlijke modellen onderscheiden zich alleen
m.b.t. de kleur van het huis. De navolgende functies zijn
voor alle varianten gelijk.
ALARM INSTELLEN
Schuif de SET-schakelaar (8) op de positie ALARM SET. De
24
indicator voor de alarm 1 knippert. Druk op de UUR-toets
om het uur in te stellen voor het geselecteerde alarm. Door
herhaaldelijk op UUR-toets te drukken, kan het gewenste uur
ingesteld worden. Druk op de MIN-toets om de minuten in te
stellen voor het geselecteerde alarm. Door herhaaldelijk op
MIN-toets te drukken, kan de gewenste minuut instelling inge-
steld worden. Om het alarm 2 in te stellen, druk op de toets
12/24. De indicator voor de alarm 2 knippert. Ga voor het
instellen van alarm 2 te werk als bij de instelling zoals hierbo-
ven beschreven stappen. Wanneer u de instellingen afgerond
heeft, schuif de toets SET (8) terug naar de positie LOCK.
AANWIJZING!
Voor de twee mogelijke alarmen (AL 1 en AL-2) moet het
alarm apart worden ingesteld.
ALARM ACTIVEREN / DEACTIVEREN
Zodra u het alarm hebt ingesteld, schuif de AL ON / OFF-
schakelaar (3) naar de positie voor het gewenste alarm. De