Als het LED-puntje helderder is dan de gecentreerde ster, kan het moeilijk zijn om de ster te
zien. Draai de helderheidregelaar naar links totdat het rode puntje dezelfde helderheid heeft
als de gecentreerde ster. Hierdoor wordt het makkelijker om een nauwkeurige uitlijning te beko-
men. De StarPointer is nu klaar voor gebruik. Vergeet niet de stroom af te zetten nadat u het
voorwerp hebt gevonden. Hierdoor gaan de batterij en de LED langer mee.
1. Kijk door de StarPointer-zoeklens en draai de telescoop mee totdat het voorwerp in het gezich-
tsveld verschijnt. Van zodra het verschijnt, moeten de hoogte- en azimuthregelaar worden ver-
grendeld.
2. Gebruik de ring voor fijne afstelling op de hoogtestaaf om het voorwerp met het rode punt in de
StarPointer te centreren.
1. Als u een voorwerp in de telescoop heeft gevonden, draait u aan de scherpteregelaar totdat het
beeld scherp is.
2. Om een voorwerp scherp te stellen dat dichterbij is dan het huidige doel, draait u de regelaar
naar het oogstuk toe (d.i. zodanig dat de scherpstellingbuis zich verwijdert van de voorkant
van de telescoop). Voor voorwerpen die verderaf gelegen zijn, moet de scherpteregelaar in de
tegenovergestelde richting worden gedraaid.
3. Om een echt scherp beeld te verkrijgen, kijkt u best nooit door ramen of over voorwerpen die
warmtegolven produceren, zoals parkeerterreinen in asfalt.
1. Bij observatie met een diagonaal staat het beeld rechtop, maar wel in spiegelbeeld.
2. Bij rechtstreekse observatie door het oogstuk op de telescoop, wordt het beeld omgedraaid.
Het beeld in de zoeklens verschijnt ook omgekeerd.
De vergroting (of kracht) van een telescoop varieert naargelang de brandpuntafstand van het
gebruikte oogstuk en de brandpuntafstand van de telescoop.
Om de vergroting te berekenen kan de volgende formule worden gebruikt, waarbij FL de brand-
puntafstand is:
FL (telescoop) in mm
Vergroting =
FL (oogstuk) in mm
OPGEPAST! Naar de zon kijken kan blijvende schade aanrichten aan uw ogen. Kijk niet
naar de zon met dit product en ook niet met het blote oog. Laat de telescoop niet onbe-
waakt achter tijdens de dag; een kind zou ermee naar de zon kunnen kijken en blijvende
oogschade oplopen.
DE TELESCOOP VOORBEREIDEN OM DE ZON OP EEN SCHERM TE PROJECTEREN.
OPGEPAST! Dek de objectieve lens af zodat niemand erdoor kan kijken.
1. Breng de staaf van het projectiescherm aan door ze door de opening in de klem van de
zoeklens te schuiven, waarbij het uiteinde van de staaf met de ring naar het objectief is gericht.
(De ring dient als stop, waardoor vermeden wordt dat het zonnescherm volledig door de klem
van de zoeklens slipt.)
2. Verwijder de diagonaal indien die gemonteerd is. Deze wordt niet gebruikt voor observatie van
de zon.
3. Kies het minst krachtige oogstuk (met de hoogste numerieke waarde in millimeter) en breng het
zonder de diagonaal aan in de scherpstellingbuis.
VOORWERPEN VINDEN
SCHERPSTELLEN
DE RICHTING VAN HET BEELD
VERGROTING
OBSERVATIE VAN DE ZON
32