NL
1 Veiligheidsmaatregelen
1.1
Veiligheids-
maatregelen
44
Alvorens u het apparaat aansluit op uw stroom-
Ÿ
toevoer, dient u erop te letten dat de netspanning,
die op het typeaanduidingsplaatje staat aange-
geven overeenkomt met die van uw stroomnet.
Gebruik het apparaat alleen voor doeleinden zoals
Ÿ
vermeldt in deze gebruiksaanwijzing.
In alle andere gevallen vervalt de garantie.
Ÿ
Het toestel is alleen voor privé-gebruik bestemd.
Ÿ
Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen vanaf
Ÿ
de leeftijd van 8 jaar, alsook door mensen met een
fysieke, sensorische of mentale beperking, of
mensen met gebrek aan kennis of ervaring, op
voorwaarde dat zij onder supervisie staan of dat zij
behoorlijk werden geïnformeerd over het veilige
gebruik van het toestel en zij de daaruit voor-
vloeiende mogelijke gevaren begrijpen.
Kinderen mogen het toestel niet schoonmaken of
Ÿ
onderhouden, wanneer ze niet onder supervisie
staan.
Gebruikt u het apparaat niet, als het niet storingvrij
Ÿ
functioneert, als het op de grond of in het water
gevallen is of beschadigd is.
Raak nooit een voedingsapparaat aan dat in water
Ÿ
is gevallen. Haal onmiddelijk de stekker resp. de
voedingsapparaat uit de wandcontactdoos.
Wanneer het snoer of het voedingsapparaat
Ÿ
beschadigd is, mag het instrument niet verder
gebruikt worden.
Gebruik het instrument nooit in de buurt van
Ÿ
hoogfrequente elektromagnetische zendappa-
ratuur, aangezien deze de functies van het appa-
raat zou kunnen verstoren.
Stel het toestel niet bloot aan direct zonlicht.
Ÿ
Bescherm het apparaat tegen vocht.
Ÿ
Dit instrument, het snoer en het voedingsapparaat
Ÿ
mogen nooit in water ondergedompeld worden of
onder stromend water worden gehouden.
Raak het voedingsapparaat uitsluitend met droge
Ÿ
handen aan.