• Dompel het apparaat niet in water (afb. 41).
• Als u het apparaat per ongeluk in water dompelt of water op de
verwarmingsplaat morst, breng het apparaat dan ter reparatie naar
een erkend servicecentrum.
• Doe het deksel en de binnenpan niet in de vaatwasmachine (afb. 42).
• Alleen de accessoires: soeplepel, spatel, maatbeker en stoommand
zijn vaatwasmachinebestendig.
3b. Reinig de afsluitring
• Verwijder de afsluitring van het deksel en maak deze schoon met een
zachte spons en warm water met zeep (afb. 7 en 8).
• Droog de ring grondig af.
• Plaats de afsluitring op het deksel en druk de ring op zijn plaats (afb.
9). Druk stevig omlaag om ervoor te zorgen dat de afsluitring niet
plooit en stevig vast zit op het deksel.
• Als u het deksel te snel opent nadat u de afsluitring op het deksel hebt
geplaatst, kan het gebeuren dat de binnenpan aan het deksel blijft
zitten (afb. 37 en 38). Wacht enkele seconden tot de pan loskomt van
het deksel (afb. 39).
Opmerking: Dit is normaal en toont juist dat het product goed
hermetisch sluit. Open het deksel altijd voorzichtig om te voorkomen
dat de binnenpan hard op het product valt.
WAARSCHUWING: Gebruik het apparaat nooit zonder de afsluitring
(afb. 44)
50
3c. Reinig de ventielen
• Om het drukventiel te reinigen, verwijdert u het drukventiel van het
pijpje boven op het deksel (afb. 10). Maak schoon met een zachte
spons en warm water met zeep (afb. 11). Als het ventiel droog is,
controleer dan of de binnenkant van het pijpje schoon is voordat u
het drukventiel weer terugplaatst op het pijpje boven op het deksel
(afb. 12). Zorg ervoor dat het drukventiel goed is geplaatst, dit moet
omhoog en omlaag kunnen bewegen.
• Om de kap van het drukventiel te reinigen, schroeft u de kap aan
de binnenkant van het deksel los (afb. 13). Maak schoon met een
zachte spons en warm water met zeep (afb. 14). Als de kap droog is,
controleer dan of de binnenkant van het pijpje schoon is voordat u
de kap van het drukventiel weer vastdraait aan de binnenkant van
het deksel (afb. 15).
• Om het veiligheidsventiel te reinigen, verwijdert u de afdichting van
het veiligheidsventiel aan de binnenkant van het deksel en draait u
het deksel om zodat het veiligheidsventiel uit het deksel kan komen
(afb. 16). Reinig de afdichting van het veiligheidsventiel en het
veiligheidsventiel met een zachte spons en warm water met zeep
(afb. 17). Plaats het veiligheidsventiel na het drogen weer op het
deksel en plaats de afdichting van het veiligheidsventiel terug op
zijn plaats (afb. 18). Zorg ervoor dat het veiligheidsventiel goed is
geplaatst, dit moet omhoog en omlaag kunnen bewegen.
3d. Maak de behuizing van het apparaat schoon
• Maak de behuizing van het apparaat schoon met een vochtige doek.
• Dompel het apparaat niet in water (afb. 41).
• Veeg de verwarmingsplaat schoon met een droge doek.
NL
51