Basisträger_hoch.fm Seite 3 Mittwoch, 23. März 2011 12:02 12
3
11
16
1
3. Fietsendrager parallel t.o.v. de bumper uitlijnen en de
spanhendel (11) omlaag zwenken, zodat de hendel (16)
vastklikt.
4. Spanhendel (11) met de sleutel (3) vergrendelen. Sleutel (3)
uitnemen.
5. Fietsendrager (1) door wrikken op stevige montage
controleren. Indien nodig de fietsendrager (1) wegnemen en
opnieuw bevestigen.
12 18
6. Stekker (12) uit de houder aan de fietsendrager (1) halen, in de
stekkerdoos (18) van de elektronische voorziening van de
trekhaak steken en rechtsom tot aan de aanslag draaien.
7. Functie van de verlichting controleren.
Fietsendrager demonteren
De demontage van de fietsendrager (1) van het voertuig gebeurt in
de omgekeerde volgorde.
Fietsen monteren/demonteren
Gevaar voor ongevallen en letsels!
De fietsendrager voor de aanhanginrichting is uitsluitend
geschikt voor het transporteren van fietsen.
Er mogen alleen fietsen met een gewicht van elk max. 30 kg op
de fietsendrager worden getransporteerd. Hierbij mag de
maximale draaglast van de fietsendrager, de steunlast van de
aanhanginrichting en het toegestane totale gewicht van het
voertuig alsmede de maximaal toegestane aslast van het
voertuig (zie gebruiksaanwijzing van het voertuig) in geen geval
worden overschreden. Als dit wordt nagelaten zou de
fietsendrager samen met de gemonteerde fietsen los kunnen
raken van het voertuig en daardoor u en andere personen
verwonden of een ongeluk kunnen veroorzaken.
M+P-25A-0065
Gevaar voor ongevallen en letsels!
De fietsen moeten zo gelijkmatig mogelijk en met een laag
zwaartepunt op de fietsendrager worden bevestigd en met een
houder aan het fietsframe en met spanriemen aan de voor- en
achterwielen tegen omlaag vallen worden geborgd.
Vóór de montage moeten kinderzitjes en alle losse onderdelen
als bijv. flessen, zadeltassen enz. van de fietsen worden
verwijderd en opgeborgen.
Bij veronachtzaming zouden de fietsen en/of de losse
onderdelen tijdens de rit van het voertuig los kunnen raken en
bij andere verkeersdeelnemers een ongeluk en daarmee
verbonden letsels en materiële schade kunnen veroorzaken.
Kans op letsels!
Voer de montage en de demontage van de fietsen met een
tweede persoon uit.
Beveilig de fietsen tegen wegglijden en kantelen.
1
22
21
M+P-25A-0066
19
20
1. Grendel (19) indrukken en de spanriemen (20) uittrekken.
2. Klemmen (21) met draaigreep (22) losdraaien tot de
noodzakelijke buisdiameter van het fietsframe is bereikt.
Let op
Zware fietsen dicht bij het voertuig en lichte fietsen (bijv.
kinderfietsen) verder achter op de fietsendrager monteren.
De eerste fiets met de tandkrans naar het voertuig toe gericht
monteren.
3. Fiets op de wielgoten (7) plaatsen die het dichtste bij de
achterklep zitten en tegen kantelen beveiligen.
- 3 -
7
M+P-25A-0068
7